Radio Oranje: Woensdag 24 maart 1943: verschil tussen versies
Geen bewerkingssamenvatting |
Geen bewerkingssamenvatting |
||
| (Een tussenliggende versie door dezelfde gebruiker niet weergegeven) | |||
| Regel 1: | Regel 1: | ||
Middaguitzending niet bewaard; bevat item: L. de Jong: De Mareth-linie doorbroken. | Middaguitzending niet bewaard; bevat item: L. de Jong: De Mareth-linie doorbroken. | ||
(In het zuiden van Franse kolonie Tunesië was na 1934 een vrijwel onneembare betonnen verdedigingsconstructie gebouwd van 20 km breed en 30 km diep op de enige begaanbare weg naar het noorden om de Italianen uit hun kolonie Libië tegen te kunnen houden. | (In het zuiden van Franse kolonie Tunesië was na 1934 een vrijwel onneembare betonnen verdedigingsconstructie gebouwd van 20 km breed en 30 km diep op de enige begaanbare weg naar het noorden om de Italianen uit hun kolonie Libië tegen te kunnen houden. Op 16 maart 1943 begon het 8e Britse leger een aanval op deze Mareth linie. | ||
Dit leger had begin november 1942 na een 18-daagse veldslag onder bevel van generaal Montgomery bij El Alamein in de Britse kolonie Egypte het Duitse Afrika Korps en een aantal Italiaanse legers onder bevel van generaal Rommel verslagen en daarna gedurende 3 maanden deze AS-strijdkrachten via de kust van Libië over een afstand van 3000 km naar Tunesië gedreven. Noord-West Tunesië was al op 15 november 1942 aangevallen door het 1e Britse leger en Amerikaanse legeronderdelen, komend vanuit Algerije. ((De geallieerden waren op 8 november 1942 zowel in Frans Marokko als in Frans Algerije geland met het doel vanuit Noord-Afrika de Middellandse Zee toegankelijk te maken voor een invasie van Italië.)) Deze aanvallen waren afgeslagen door snel aangevoerde As-strijdkrachten vanuit het op 300 km afstand liggende Italiaanse eiland Sicilië. In februari 1943 werden ze versterkt door de uit Libië verdreven As-strijdkrachten onder generaal Rommel. Hierdoor konden de geallieerde troepen in West-Tunesië ondanks veel strijd tot begin april 1943 niet oprukken. | |||
Op 27 februari 1943 bereikte het 8e Britse leger de Zuid-Tunesische stad Medinine. Rommel zette hier op 6 maart een tegen aanval in, maar zag zich op 10 maart genoodzaakt terug te trekken achter de Mareth-linie, na het verlies van 40 van de beschikbare 200 tanks. De strijd werd op 16 maart hervat door het 8e Britse leger en slaagde er op 24 maart een omtrekkende route te benutten die op 30 maart de As-strijdkrachten noodzaakte de Mareth-linie naar het noorden te ontvluchten. Op 7 april slaagde de zuidelijke geallieerde troepen contact te leggen met de westelijke geallieerden in Midden-Tunesië. 10 april verliet Rommel Noord-Afrika, en op 13 mei gaven de As-strijdkrachten (230.000 man) in Noord-Afrika zich over. | |||
Avonduitzending niet bewaard. | |||
Huidige versie van 13 aug 2012 om 13:32
Middaguitzending niet bewaard; bevat item: L. de Jong: De Mareth-linie doorbroken.
(In het zuiden van Franse kolonie Tunesië was na 1934 een vrijwel onneembare betonnen verdedigingsconstructie gebouwd van 20 km breed en 30 km diep op de enige begaanbare weg naar het noorden om de Italianen uit hun kolonie Libië tegen te kunnen houden. Op 16 maart 1943 begon het 8e Britse leger een aanval op deze Mareth linie. Dit leger had begin november 1942 na een 18-daagse veldslag onder bevel van generaal Montgomery bij El Alamein in de Britse kolonie Egypte het Duitse Afrika Korps en een aantal Italiaanse legers onder bevel van generaal Rommel verslagen en daarna gedurende 3 maanden deze AS-strijdkrachten via de kust van Libië over een afstand van 3000 km naar Tunesië gedreven. Noord-West Tunesië was al op 15 november 1942 aangevallen door het 1e Britse leger en Amerikaanse legeronderdelen, komend vanuit Algerije. ((De geallieerden waren op 8 november 1942 zowel in Frans Marokko als in Frans Algerije geland met het doel vanuit Noord-Afrika de Middellandse Zee toegankelijk te maken voor een invasie van Italië.)) Deze aanvallen waren afgeslagen door snel aangevoerde As-strijdkrachten vanuit het op 300 km afstand liggende Italiaanse eiland Sicilië. In februari 1943 werden ze versterkt door de uit Libië verdreven As-strijdkrachten onder generaal Rommel. Hierdoor konden de geallieerde troepen in West-Tunesië ondanks veel strijd tot begin april 1943 niet oprukken. Op 27 februari 1943 bereikte het 8e Britse leger de Zuid-Tunesische stad Medinine. Rommel zette hier op 6 maart een tegen aanval in, maar zag zich op 10 maart genoodzaakt terug te trekken achter de Mareth-linie, na het verlies van 40 van de beschikbare 200 tanks. De strijd werd op 16 maart hervat door het 8e Britse leger en slaagde er op 24 maart een omtrekkende route te benutten die op 30 maart de As-strijdkrachten noodzaakte de Mareth-linie naar het noorden te ontvluchten. Op 7 april slaagde de zuidelijke geallieerde troepen contact te leggen met de westelijke geallieerden in Midden-Tunesië. 10 april verliet Rommel Noord-Afrika, en op 13 mei gaven de As-strijdkrachten (230.000 man) in Noord-Afrika zich over.
Avonduitzending niet bewaard.
