Rohs klok: verschil tussen versies
Geen bewerkingssamenvatting |
Geen bewerkingssamenvatting |
||
Regel 4: | Regel 4: | ||
In 1919 bouwt de Duitse Herr Rohs een sprekende klok. Deze klok is geheel mechanisch, er zitten geen elektrische componenten in. De klok bestaat in principe uit drie delen; een houten kast van ongeveer 25 bij 25 centimeter en ongeveer 40 centimeter hoog, een standaard uurwerk waarvan de veer met een vlindersleutel wordt opgewonden, met wijzers die de tijd aangeven, en dan het gedeelte dat zich laat horen. Onder het uurwerk bevindt zich dit tweede, het sprekende gedeelte. Een grote trommel bevat een veer die middels een zwengel aan de zijkant van de kast wordt opgewonden. Deze veer zet een mechaniek in beweging wanneer het door het bovenliggende uurwerk wordt geactiveerd. Dit gebeurt ieder half uur. | In 1919 bouwt de Duitse Herr Rohs een sprekende klok. Deze klok is geheel mechanisch, er zitten geen elektrische componenten in. De klok bestaat in principe uit drie delen; een houten kast van ongeveer 25 bij 25 centimeter en ongeveer 40 centimeter hoog, een standaard uurwerk waarvan de veer met een vlindersleutel wordt opgewonden, met wijzers die de tijd aangeven, en dan het gedeelte dat zich laat horen. Onder het uurwerk bevindt zich dit tweede, het sprekende gedeelte. Een grote trommel bevat een veer die middels een zwengel aan de zijkant van de kast wordt opgewonden. Deze veer zet een mechaniek in beweging wanneer het door het bovenliggende uurwerk wordt geactiveerd. Dit gebeurt ieder half uur. | ||
Wanneer een vol half uur is bereikt wordt een brede (ongeveer 40 mm breed) rondlopende film in gang gezet. Op deze film zijn, net als op de [[tefifoon]], achtenveertig sporen | Wanneer een vol half uur is bereikt wordt een brede (ongeveer 40 mm breed) rondlopende film in gang gezet. Op deze film zijn, net als op de band van de [[tefifoon]], achtenveertig sporen aangebracht. Ieder spoor bevat de gesproken tekst die de tijd aangeeft. Deze groef wordt, net als bij de tefifoon, afgetast door een naald. Deze naald is aan een dun plaatje bevestigd. Aan dit plaatje zit een kleine toeter die naar boven wijst. Door een aantal openingen in de bovenkant van de kast kan het geluid naar buiten om gehoord te worden. Via een ingenieus stelsel van wieltjes en palletjes duwt een excentrieke schijf de naald ieder half uur naar de volgende groef zodat de juiste tijd te horen is. | ||
Wanneer het middernacht is geworden duwt een palletje de naald weer naar de andere kant van de film, het begin van de nieuwe cyclus. | Wanneer het middernacht is geworden duwt een palletje de naald weer naar de andere kant van de film, het begin van de nieuwe cyclus. | ||
Het geheel is een mooi staaltje van fijnmechanische techniek en voor die tijd, 1919, redelijk vooruitstrevend. Tegenwoordig zijn de sprekende klokken elektronisch en zijn er weinig bewegende delen in te ontdekken. | Het geheel is een mooi staaltje van fijnmechanische techniek en voor die tijd, 1919, redelijk vooruitstrevend. Tegenwoordig zijn de sprekende klokken elektronisch en zijn er weinig bewegende delen in te ontdekken. | ||
[[Categorie: Apparaat]] | [[Categorie: Apparaat]] |
Huidige versie van 16 apr 2018 om 09:01
De sprekende Rohs klok.
Klokken die spreken bestaan al lang. Ze zijn er in veel uitvoeringen. Een aangename stem waarschuwt dat het zo en zo laat is of wekt de slapende eigenaar om te melden dat het tijd is om op te staan. In 1919 bouwt de Duitse Herr Rohs een sprekende klok. Deze klok is geheel mechanisch, er zitten geen elektrische componenten in. De klok bestaat in principe uit drie delen; een houten kast van ongeveer 25 bij 25 centimeter en ongeveer 40 centimeter hoog, een standaard uurwerk waarvan de veer met een vlindersleutel wordt opgewonden, met wijzers die de tijd aangeven, en dan het gedeelte dat zich laat horen. Onder het uurwerk bevindt zich dit tweede, het sprekende gedeelte. Een grote trommel bevat een veer die middels een zwengel aan de zijkant van de kast wordt opgewonden. Deze veer zet een mechaniek in beweging wanneer het door het bovenliggende uurwerk wordt geactiveerd. Dit gebeurt ieder half uur.
Wanneer een vol half uur is bereikt wordt een brede (ongeveer 40 mm breed) rondlopende film in gang gezet. Op deze film zijn, net als op de band van de tefifoon, achtenveertig sporen aangebracht. Ieder spoor bevat de gesproken tekst die de tijd aangeeft. Deze groef wordt, net als bij de tefifoon, afgetast door een naald. Deze naald is aan een dun plaatje bevestigd. Aan dit plaatje zit een kleine toeter die naar boven wijst. Door een aantal openingen in de bovenkant van de kast kan het geluid naar buiten om gehoord te worden. Via een ingenieus stelsel van wieltjes en palletjes duwt een excentrieke schijf de naald ieder half uur naar de volgende groef zodat de juiste tijd te horen is. Wanneer het middernacht is geworden duwt een palletje de naald weer naar de andere kant van de film, het begin van de nieuwe cyclus. Het geheel is een mooi staaltje van fijnmechanische techniek en voor die tijd, 1919, redelijk vooruitstrevend. Tegenwoordig zijn de sprekende klokken elektronisch en zijn er weinig bewegende delen in te ontdekken.