Willem van Capellen

Uit B&G Wiki
PersoonPlaceholder.png

NaamWillem van Cappellen
GeborenAmsterdam, 20 april 1889
GestorvenHilversum, 9 september 1976
Functies radiomaker, regisseur
Bekend vanDe avonturen van Oome Keesje, Het VARA-Toneel
Periode actief1926-1956
Externe infoBiografisch woordenboek

Willem van Capellen in de media
Oeuvre van Willem van Capellen

Na een opleiding van MULO, ambachtsschool, bouwkundig tekenen en voordrachtslessen bij Albert Vogel, wordt Willem van Capellen ambtenaar bij de PTT in Den Haag. Hij krijgt de ruimte om ook met lezingen en voordrachten voor verenigingen en instituten op te treden. Vroeg in de jaren twintig maakt hij zijn radiodebuut op de zender PCGG van Ir. Idzerda in Den Haag. Later treedt hij op voor de Hilversumsche Draadloze Omroep (voorloper AVRO).

In 1926 treedt hij voor het eerst bij de VARA op. Hem wordt verzocht een kinderuurtje te verzorgen. Hij schrijft het seriehoorspel “De familie Mulder”, waarvan de eerste uitzending op 1 september 1928 plaatsvindt en dat na 1930 de naam krijgt “De avonturen van Oome Keesje”. Het gaat door tot media 1950 en wordt daarmee de langste kinderserie uit de omroepgeschiedenis.

In 1929 komt hij in vaste dienst bij de VARA. Hij draagt werken uit de wereldliteratuur voor een bewerkt toneelstukken tot hoorspelen. Hij zet jonge auteurs aan tot het schrijven van oorspronkelijke hoorspelen. Van 1929 af leidt hij als regisseur de microfoonuitvoeringen met een vaste groep acteurs, dat in 1932 gebundeld wordt in ‘Het VARA-Toneel’, de eerste hoorspelkern in ons land. Met dit gezelschap treedt hij ook op tijdens de propagandatournees van de VARA.

Van Cappellen schrijft ook series satirische en politiek-kritische hoorspelletjes, zoals “Wakker en Tropenduit”, “Teun de Klepperman bij de pomp” en “De dorpsbarbier”). Het levert menige aanvaring met de Radio Contrôlecommissie op.

Tijdens de bezetting maakt de Rijksradio-omroep De Nederlandsche Omroep hem tot leider van de afdeling Gesproken Woord, hij neemt ontslag. In 1945 keert hij terug bij de radio, eerst bij Radio Herrijzend Nederland en in 1947 bij de VARA. Daar blijft hij een vaste verschijning tot 1956. Daarna werkt hij nog incidenteel voor de VARA, met name voor de verzorging van literaire matinees. Heel vaak treedt hij nog in het land op met voordrachten en declamaties.