Bob Spaak
Naam | Bob Spaak |
Geboren | , |
Functies | presentator, verslaggever, eindredacteur |
Bekend van | Sport in Beeld, Studio Sport |
Periode actief | 1955 t/m 1982 |
Werkt samen met | Koen Verhoef, Mart Smeets |
Bob Spaak in de media Oeuvre van Bob Spaak |
Bob Spaak is de architect van het hedendaagse Studio Sport en wordt beschouwd als de leermeester van sportpresentator en anchorman Mart Smeets. Hij was verslaggever in de jaren 60 en 70, de tijd van Ard en Keessie en commentator bij Olympische Spelen in alle windstreken. Bob Spaak was echter vooral het gezicht van Sport in Beeld op zondagavond, later Studio Sport.
Spaak begon zijn journalistieke loopbaan net na de Tweede Wereldoorlog bij de Rotterdamse krant Het Vrije Volk. In 1955 stapte hij over naar de VARA, waar hij verschillende radio -en televisieprogramma’s ging presenteren. Zo presenteerde hij onder meer Zondag Sportjournaal en het populaire radio sportprogramma Tussen Start en Finish.
In 1965 nam hij plaats in de redactie van het nieuwe sportblad Voetbal International. Weer een jaar later trad hij in dienst van de NTS, waar hij chef werd van de sportredactie. Hij kreeg de leiding over een klein team met onder andere Herman Kuiphof, Ad van Emmenes en Koen Verhoeff. Spaak werd het boegbeeld van het tv-programma Sport in Beeld en zorgde met zijn professionele benadering voor de enorme populariteit van het programma.
Ook bleef Spaak zelf commentator bij diverse sporten, waaronder schaatsen, voetbal en atletiek. Zijn enthousiasme en betrokkenheid zorgden voor vele onuitwisbare herinneringen bij de sportliefhebber. Legendarisch is zijn commentaar tijdens de wedstrijd Feijenoord – Real Madrid in 1965. De wedstrijd liep na een charge op Coen Moulijn, Feijenoord’s beroemde linksbuiten, volledig uit de hand. Een opstootje op het veld ontlokte bij Spaak de uitroep: “Coen, Coen, beheers je alsjeblieft! Jongens, dit kan toch niet. Wat een afschuwelijke vertoning.”
In 1966 deed Spaak verslag van de Europese Kampioenschappen schaatsen in Deventer. Tijdens de rechtstreekse uitzendingen van dit toernooi werd voor het eerst gebruik gemaakt van herhalingen. Schaatser Kees Verkerk kwam ten val op de tien kilometer. Anderhalve minuut later zag de regie kans de val te herhalen. Spaak riep, nietsvermoedend, ontzet uit: Keessie m’n jongen, val je nu alweer!”
Gedurende zijn carrière schreef Spaak diverse boeken met altijd sport als onderwerp. Zo schreef hij in 1958 “Sport voor Sport” waarin diverse sporten worden belicht en in 1964 “Goden in het stadion”over de Olympische Spelen in de oudheid. Behept met een groot gevoel voor humor, was hij een leermeester voor vele medewerkers van Studio Sport, zoals Mart Smeets. Spaak ging in 1982 met pensioen.
Gevraagd naar zijn nog steeds aanwezige liefde voor de sport, antwoordde hij in 1995: “Ik hield echt van sport maar mijn benadering was gewoon anders dan die van collega’s. De echt leuke dingen zijn je ook na vijfentwintig jaar pensioen bijgebleven. De Olympische Spelen in Mexico en Japan waren geweldig. En in de tijd van Ard en Keessie hoorde je via de retourlijn dat de straten in Nederland waren uitgestorven. Iedereen zat naar het schaatsen in Noorwegen te kijken met commentaar van ons. Dat doet je echt wat.”,