Hans de Cocq: verschil tussen versies

Uit B&G Wiki
Geen bewerkingssamenvatting
Geen bewerkingssamenvatting
Regel 24: Regel 24:
Aan het programma ''[[Randfiguren]]'' (VPRO, 1965) van schrijver Ernst van Altena heeft  De Cocq goede herinneringen. Hij maakte voor dit programma illustraties bij de schrijvers, dichters en andere literaire 'randfiguren' die in het programma aan bod komen en kreeg daarbij alle vrijheid van de programmamaker.  
Aan het programma ''[[Randfiguren]]'' (VPRO, 1965) van schrijver Ernst van Altena heeft  De Cocq goede herinneringen. Hij maakte voor dit programma illustraties bij de schrijvers, dichters en andere literaire 'randfiguren' die in het programma aan bod komen en kreeg daarbij alle vrijheid van de programmamaker.  


Vanaf midden jaren zestig begint de grafische afdeling van de NOS zowel kwantitatief als kwanitatief te groeien. Het werk van de ontwerpers begint op te vallen en wordt diverse keren tentoongesteld. Over Hans de Cocq verschijnt een boekje van papiergroothandel Corvey met een interview en afbeeldingen van diverse titelkaarten van hemzelf en zijn collega's.  
Vanaf midden jaren zestig begint de grafische afdeling van de NOS zowel kwantitatief als kwanitatief te groeien. Het werk van de ontwerpers begint op te vallen en wordt diverse keren tentoongesteld. Over Hans de Cocq verschijnt in 1970 een boekje van papiergroothandel Corvey met een interview en afbeeldingen van diverse titelkaarten van hemzelf en zijn collega's.  


Als de grafische afdeling in 1988 privatiseert tot NOB Design, verandert er veel; 'er werd meer gerekend dan getekend'. Veel van ontwerpers vertrekken om voor zichzelf te beginnen of worden met de VUT gestuurd. De Cocq trekt zich terug in het werk wat hij het liefste doet: het maken van illustraties en animaties voor ''[[Sesamstraat]]'', ''[[Het Klokhuis]]'' en TELEAC cursussen. In 1992 neemt hij afscheid van zijn werk en tekent hij ook niet meer. Hij schenkt in 1996 een groot deel van zijn grafisch werk aan het Omroepmuseum (nu het Nederland Instituut voor Beeld en Geluid) en het Stedelijk Museum Amsterdam heeft ook werk van De Cocq in de collectie opgenomen.  
Als de grafische afdeling in 1988 privatiseert tot NOB Design, verandert er veel; 'er werd meer gerekend dan getekend'. Veel van ontwerpers vertrekken om voor zichzelf te beginnen of worden met de VUT gestuurd. De Cocq trekt zich terug in het werk wat hij het liefste doet: het maken van illustraties en animaties voor ''[[Sesamstraat]]'', ''[[Het Klokhuis]]'' en TELEAC cursussen. In 1992 neemt hij afscheid van zijn werk en tekent hij ook niet meer. Hij schenkt in 1996 een groot deel van zijn grafisch werk aan het Omroepmuseum (nu het Nederland Instituut voor Beeld en Geluid) en het Stedelijk Museum Amsterdam heeft ook werk van De Cocq in de collectie opgenomen.  
=====Publicaties=====
Over Hans de Cocq verschijnt in 1970 een klein boekje getiteld 'Gesprek met Hans de Cocq grafisch ontwerper van de Nos'. Dit is een uitgave van Papiergroothandel Corvey en bevat naast een interview met De Cocq ook afbeeldingen van het grafisch werk van zijn NOS-collega's [[Johan Volkerijk]], [[Hans Moolenaar]], [[Hans van der Jagt]], [[Henk Vermolen]], [[Arie Teunissen]], [[Rob van den Berg]], [[Jaap Drupsteen]], [[Frans Schupp]], [[Geert Beerends]] en [[Will Bakker]].


[[Category:personen|Cocq, Hans de]] [[Category:Grafisch ontwerper |Cocq, Hans de]] [[Category:Illustrator |Cocq, Hans de]] [[category: Televisievormgeving|Cocq, Hans de]]
[[Category:personen|Cocq, Hans de]] [[Category:Grafisch ontwerper |Cocq, Hans de]] [[Category:Illustrator |Cocq, Hans de]] [[category: Televisievormgeving|Cocq, Hans de]]

Versie van 12 jul 2010 09:48

PersoonPlaceholder.png

NaamHans de Cocq
GeborenUtrecht, 5 augustus 1937
GestorvenUtrecht, 9 oktober 2009
Functies grafisch ontwerper, illustrator
Bekend vananimaties in Open en bloot en grafisch ontwerp voor Moef ga-ga
Periode actief1964-1992
Werkt samen metBob Rooyens, Massimo Götz, Ernst van Altena


Oeuvre Hans de Cocq

Hans de Cocq volgt de MULO in Utrecht van 1950-1955. De eerste televisie uitzendingen maakte een grote indruk op hem. Hij zag de eerste uitzending in een etalage van een winkel en hij bekeek de eerste VARA-uitzending in hotel Noord-Brabant in Utrecht. Zijn vader koopt niet lang daarna een televisie voor het gezin. Na de MULO volgt Hans de Cocq een opleiding aan het Instituut voor Kunstnijverheidsonderwijs Amsterdam. Na zijn diploma werkt hij van 1960 tot 1964 voornamelijk als illustrator voor diverse opdrachtgevers, waaronder: de Partij van de Arbeid, de Rotterdamse Jeugdraad en de Arbeiders Jeugd Centrale.

In 1964 komt hij in dienst bij de grafische afdeling van de NTS en hij blijft op deze afdeling (vanaf 1969 NOS Grafisch Ontwerp en vanaf 1988 NOB Design) werken tot 1992. Hij verzorgd als ontwerper titelkaarten, titelrollen, illustratie en animaties voor vele programma's, zoals Ja zuster, nee zuster, Open en bloot, Haagsche Kringen, Randfiguren, Liedjes aan de kerk, Moef ga-ga, Kinderen voor kinderen, 't Spant erom, En een zoen van de juffrouw, Woord voor woord,Sesamstraat, Het Klokhuis, diverse VARA documentaires waaronder Voorwaarts en niet vergeten, Bijbelvertellingen en diverse TELEAC cursusprogramma's.

Aan het programma Randfiguren (VPRO, 1965) van schrijver Ernst van Altena heeft De Cocq goede herinneringen. Hij maakte voor dit programma illustraties bij de schrijvers, dichters en andere literaire 'randfiguren' die in het programma aan bod komen en kreeg daarbij alle vrijheid van de programmamaker.

Vanaf midden jaren zestig begint de grafische afdeling van de NOS zowel kwantitatief als kwanitatief te groeien. Het werk van de ontwerpers begint op te vallen en wordt diverse keren tentoongesteld. Over Hans de Cocq verschijnt in 1970 een boekje van papiergroothandel Corvey met een interview en afbeeldingen van diverse titelkaarten van hemzelf en zijn collega's.

Als de grafische afdeling in 1988 privatiseert tot NOB Design, verandert er veel; 'er werd meer gerekend dan getekend'. Veel van ontwerpers vertrekken om voor zichzelf te beginnen of worden met de VUT gestuurd. De Cocq trekt zich terug in het werk wat hij het liefste doet: het maken van illustraties en animaties voor Sesamstraat, Het Klokhuis en TELEAC cursussen. In 1992 neemt hij afscheid van zijn werk en tekent hij ook niet meer. Hij schenkt in 1996 een groot deel van zijn grafisch werk aan het Omroepmuseum (nu het Nederland Instituut voor Beeld en Geluid) en het Stedelijk Museum Amsterdam heeft ook werk van De Cocq in de collectie opgenomen.