J.W. Lebon
| Naam | Jan Willem Lebon |
| Geboren | Amsterdam, 14 februari 1898 |
| Gestorven | Hilversum, 15 januari 1984 |
| Functies | omroepbestuurder |
| Bekend van | VARA, NOZEMA, Radio Oranje, NTS |
| Periode actief | 1922-1963 |
J.W. Lebon in de media Oeuvre J.W. Lebon | |
Na de lagere school volgt Lebon nog twee klassen. Daarna gaat hij verdienen en volgt op de avondschool administratieve vakken. Lebon werkt als kantoorbediende voor verschillende werkgevers. Van 1916 tot 1928 werkt hij bij de vakbond voor meubelmakers en behangers.
Op 18-jarige leeftijd wordt Lebon lid van de Sociaal-Democratische Arbeiderspartij. Hij is enige jaren penningmeester van een woningbouwvereniging en van de vakbond van handels- en kantoorbedienden. Op 1 november 1922 is hij een van de oprichters van de VARA. Hij wordt daarna de penningmeester en een jaar later ook de secretaris. In 1928 treedt hij in vaste dienst als secretaris-penningmeester. Financieel moet de VARA het hebben van leden en van grote inzamelingsacties. Lebon moet in de crisisjaren wonderen verrichten om aan voldoende geld te komen voor de programma’s.
Het zendtijdenbesluit van 1930 kent aan de VARA 54 uur zendtijd toe. Lebon vertegenwoordigt de VARA in verschillende landelijke commissies die hun licht moeten doen schijnen over het zendervraagstuk, de televisie, de draadomroep, de wereldomroep. In 1935 wordt hij lid van de raad van beheer van de Nederlandsche Omroep Zender Maatschappij, de NOZEMA. In 1936 wordt hij secretaris van het Centraal Bureau voor den Omroep, waarin de vier grote omroepen hun gezamenlijke zakelijke belangen behartigen.
In de oorlogsdagen van 1940 vlucht hij naar Londen. Hij krijgt daar de leiding van Radio Oranje. Daaraan komt een eind als Radio Oranje wordt samengevoegd met De Brandaris. Hij wordt directeur van een reclasseringsinstelling die Nederlandse zeelieden helpt, wanneer ze in aanraking komen met justitie. In 1943 wordt hij secretaris van de Radio-Commissie Terugkeer en lid van de Buitengewone Raad van Advies van de regering.
In 1944 keert hij terug in Nederland als adviseur in radiozaken van Militair Gezag in de rang van Kapitein. In 1945 neemt hij zijn functie bij de VARA weer op. Hij wordt secretaris van de Nederlandse Radio-Unie (NRU) en in 1951 ook van de Nederlandse Televisie Stichting (NTS).
