Rik Brugman
Naam | Rik Brugman |
Geboren | Amsterdam, 1928 |
Gestorven | Amsterdam, 3 juni 2021 |
Functies | schakeltechnicus, beeldtechnicus, omroepbestuurder |
Bekend van | |
Periode actief | 1951- 1989 |
Trivia | zoon van poppenspeler Bert Brugman |
Hij ontwierp de eerste compacte televisiereportagewagen in Nederland, ontwikkelde de ENG-units, bedacht de eerste ondertitelmachine, op afstand bedienbare camera's en maakte een lichtplan voor voetbalstadions, dat vandaag de dag nog steeds wordt gebruikt. Op zijn initiatief hangen er vaste camera’s in de Tweede Kamer en is er boven de publiekstribune een aparte regieruimte gebouwd.
„Rik was een technische tovenaar”, verwoordt zijn jongste broer Vincent Brugman de mening van veel oud-collega’s. „Een omroeppionier van het eerste uur.” Hij steekt zijn bewondering voor zijn broer niet onder stoelen of banken. „Rik was het technisch brein van de Nederlandse televisie, alleen bleef hij altijd op de achtergrond. Iedereen kent Mies Bouwman, niemand kent Rik Brugman. Technici worden ten onrechte vergeten. Maar zonder mijn broer had de Nederlandse televisie er heel anders uitgezien.” (Noordhollands Dagblad, 20-06-2021)
Opleiding
Rik Brugman deed na de HBS een opleiding bij de bedrijfsschool van Philips en een opleiding Radiotechniek bij Rens & Rens in Hilversum. In dienst kreeg hij een opleiding voor onderofficier-radiomonteur en vervolgens haalde hij het staatsdiploma N.R.G. In Indië was Brugman commandant zenderbedrijf in Bandoeng en chef van de radio werkplaats. Eind 1950 keert hij terug naar Nederland en knutselt zelf een T.V.-ontvanger in elkaar met dump-onderdelen.
Zijn vader is poppenspeler Bert Brugman, die al regelmatig optreedt in de experimentele televisie- uitzendingen van Philips en in de eerste decennia van de Nederlandse televisie programma’s als Dappere Dodo en Buffalo Bill maakt. Rik en zijn broers helpen regelmatig, zo ook op 9 oktober 1951 bij de eerste landelijke tv-uitzending van de VARA bij het satirische poppenspel De twee cameraatjes.
Loopbaan bij de NTS/NOS
In het voorjaar van 1952 solliciteert Brugman bij de televisie. Na een gesprek met de technisch commissaris van de NTS treedt hij per 1 juli 1952 in dienst. Het salaris is 200 gulden per maand en er werken dan de NTS nog maar zo'n 30 mensen.
Als beginnend technicus moet Brugman de beeldwisselingen verzorgen. Die functie krijgt de naam 'schakeltechnicus', later 'video-editor, nu: editor. Later gaat hij de camera-instellingen corrigeren (functie: 'shader' of 'beeldtechnicus'). Er moet kunstmatig met hulpsignalen een soort zwarting aan het beeld worden toegevoegd. Als hoofdbeeldtechnicus zorgt Brugman ervoor dat instellingen van afzonderlijke camera's op elkaar afgestemd zijn. Die functie gaat hij ook bekleden bij de afdeling Reportage. Brugman valt op door de inventiviteit waarmee hij de vele technische problemen waar het jonge medium mee kampt, probeert op te lossen en hij werkt zich snel op binnen de NTS.
Er is in jaren vijftig en zestig voortdurend een groot gebrek aan technisch personeel en om dat op te vangen ontwikkelt de NTS eigen opleidingen. Samen met Joop Vos, Nico Vermaak en Piet van Erk zit Brugman in de opleidingscommissie voor de technische opleidingen die eerst in Kasteel Groeneveld in Baarn en na 1965 in Opleidingsinstituut Santbergen te Hilversum werden gehouden. Uiteraard is Brugman ook als beeldtechnicus betrokken bij de introductie van kleurentelevisie en de experimenten bij Philips in Waarle die daaraan voorafgaan.
De Afdeling Beeldtechniek (inclusief operationele elektriciëns) wordt halverwege jaren 60 gestructureerd. De afdeling groeit in 20 jaar uit tot zo'n 125 man en is daarmee de grootste afdeling binnen de omroep. Begin jaren 70 wordt deze afdeling opgedeeld in een afdeling die verantwoordelijk is voor de fase van opname en één die gaat over de nabewerking.
Als hoofd beeldtechniek van de NOS voert Rik Brugman in de jaren zestig en zeventig talloze cruciale technische verbeteringen door, zoals de praktische inrichting van televisiestudio’s, reportagewagens en ENG-units. Om personeel te besparen, ontwikkelt Brugman studio-apparatuur met op afstand bedienbare camera’s. Deze worden veelvuldig gebruikt bij het NOS Journaal en in de uitzendingen van de Tweede Kamer.
NOS-regisseur Henk Kuperus werkt in de jaren zeventig en tachtig nog samen met Brugman. "Hij was een technische tovenaar die altijd bezig was nieuwe innovaties te bedenken", prijst Kuperus. "Technici in Hilversum krijgen zelden publiekelijk de eer die ze verdienen. Wat zij achter de schermen doen, staat in dienst van het vak en het medium. Maar Rik was op dit gebied een van de allergrootste die Nederland heeft gekend." (Leeuwarder Courant, 9-6-2021)
Rik Brugman gaat in 1989 met pensioen. In 1990 wordt hij door het Omroepmuseum (een van de voorlopers van het huidige Instituut voor Beeld en Geluid) geïnterviewd over zijn loopbaan bij de televisie in het kader van een Oral History project. Bij de plaatsing van reportagewagen 9 in een bijgebouw van het Instituut voor Beeld en Geluid publiceert Brugman een artikel over de reportagewagen in Tijdschrift Aether.