Willy Mullens
Naam | Willy Mullens |
Geboren | Weesp, 4 oktober 1880 |
Gestorven | ‘s Gravenhage, 21 april 1952 |
Functies | cameraman, regisseur |
Bekend van | Leger- en Vlootfilm en De Pest op Java |
Periode actief | 1914-1945 |
Werkt samen met | Otto van Neijenhoff, David van Staveren |
Pionier in de Nederlandse documentairefilm. Mullens maakt films voor de overheid, voor bedrijven en onderwijs. Waar hij kwam, filmde hij wat hij zag.
Vroege carrière
Willy Mullens start zijn carrière op de kermis in Den Haag als menselijke kanonskogel. Zijn interesse voor film wordt gewekt wanneer hij en zijn broer Albert door hun moeder meegenomen worden naar Parijs. Hier krijgen ze de films van de Gebroeders Lumière te zien.
De broers Mullens raken hierdoor zo geïnspireerd dat ze besluiten een aantal van deze films te kopen, terug in Nederland gaan ze de films vertonen in hun eigen reisbioscoop. Ze geven hun kersverse bedrijf de naam Alberts Frères, in het Frans, omdat de filmmarkt in deze periode erg op Frankrijk georiënteerd is.
Al gauw worden hun films een van de meest populaire attracties op kermissen door het hele land. ‘Alberts Frères’ gaat vervolgens ook zelf films maken en specialiseert zich in “practical jokes” en slapstick. Hun meest succesvolle productie is tevens een van de oudste Nederlandse films; De mésaventure van een Fransch heertje zonder pantalon aan het strand te Zandvoort (1905).
Na ruim twaalf jaar met hun reisbioscoop rondgetrokken te hebben langs kermissen en jaarmarkten, besluiten de Alberts Frères in 1912 een punt te zetten achter hun bedrijf. De broers realiseren zich dat hun reisbioscoop geen toekomst meer heeft, doordat overal in de grote steden bioscopen als paddenstoelen uit de grond schieten.
Residentie-Bioscoop en filmfabriek
Willy Mullens wijdt zich afzonderlijk van zijn broer verder aan de kunst-in-wording, de film. Hij wordt directeur van een bioscoop in Den Haag, de Residentie-Bioscoop. Ook in Den Haag gaat Willy Mullens door met het maken van eigen films. Deze zijn in eerste instantie bestemd voor vertoning in zijn eigen Residentie-Bioscoop, of in het Gebouw voor Kunsten en Wetenschappen dat hij ‘s zomers exploiteert. Hij verkoopt ze daarnaast ook. Mullens richt daarom in 1914 in de Schouwburgstraat in Den Haag zijn eigen filmfabriek in. In 1915 maakt hij zijn eerste opdrachtfilm, Mooi Holland, op verzoek van de Vereniging ‘Vreemdelingenverkeer’.
Haghe Film
Het succes van opdrachtfilms als de Leger- en Vlootfilm (Holland Neutraal), Het Leven der Bijen en Glasindustrie te Leerdam maakt het Mullens mogelijk zijn filmfabriek om te zetten in een echte productiemaatschappij. Zijn bedrijf heet eerst nog de ‘s-Gravenhaagsche Filmfabriek, maar vanaf oktober 1918 krijgt het de naam Haghe Film.
Dit bedrijf specialiseert zich in opdracht- bedrijfs- en reclamefilms en is tot in de jaren vijftig een van de grootste Nederlandse filmproducenten. Willy Mullens wordt dan ook gerekend tot de belangrijkste persoonlijkheden in de Nederlandse filmwereld.
Mullens is nieuwsgierig en is aanwezig als er iets bijzonders aan de hand is. Hij filmt thema’s als het Koninklijk Huis, voetbalwedstrijden, bijzondere evenementen en calamiteiten. De regeringsopdracht, lovende woorden van de koningin, en goede pers en veel belangstelling voor zijn films zorgen ervoor dat de reputatie van Willy Mullens is gevestigd.
Dat is opvallend in een periode waarin het filmbedrijf van alle kanten wordt bekritiseert en hunkert naar maatschappelijke erkenning. Met de Leger- en Vlootfilm (Holland Neutraal) bewijst Mullens dat de Nederlandse documentaire in commercieel en artistiek opzicht op eigen benen kan staan.
'Filmer des vaderlands'
In de periode van 1924 tot en met 1927 maakt Mullens filmexpedities naar Nederlands-Indië, in opdracht van de Bataafsche Petroleum Maatschappij, ministeries voor Onderwijs en Koloniën en andere opdrachtgevers. Mullens maakt daarnaast enkele nationalistisch getinte films over Koningin Wilhelmina. Hiermee verkrijgt hij zijn reputatie als ‘filmer des vaderlands’.
De komst van de geluidsfilm
Aan het einde van de jaren twintig doet de geluidsfilm in Nederland zijn intrede. Bioscopen moeten grote investeringen doen om nieuwe afspeelapparatuur aan te schaffen. Slachtoffers van de geluidsrevolutie waren de musici die de stomme films met hun instrument begeleiden, en de explicateurs die ze van commentaar voorzien. Mullens ziet een gat in de markt en koopt een patent waarmee ondertitels in vertoningskopieën kunnen worden aangebracht. Zo specialiseert Haghe Film zich in de jaren dertig meer op laboratoriumwerkzaamheden.
Vanaf de jaren '30
Vanaf de jaren dertig neemt de bekendheid van Mullens langzaam af en nemen producenten als Polygoon meer en meer zijn plaats in. Vlak na de Tweede Wereldoorlog laat Mullens nog een keer van zich horen met de film Uit de oude doos, een compilatie van korte films en fragmenten uit de eerste jaren van de cinema. In 1949 wordt hij gehuldigd vanwege zijn vijftigjarig jubileum binnen het filmbedrijf. In 1952 overlijdt hij op 71 jarige leeftijd.
Achtergrondinformatie
Zie ook het online artikel [1] De oorsprong van de Nederlandse documentaire door Bas Agterberg.