Zelfbouwmicrofoon: verschil tussen versies
Geen bewerkingssamenvatting |
Geen bewerkingssamenvatting |
||
(2 tussenliggende versies door 2 gebruikers niet weergegeven) | |||
Regel 13: | Regel 13: | ||
| gewicht = | | gewicht = | ||
| vergelijk = | | vergelijk = | ||
| trivia = | | trivia = De [[Zilveren Reissmicrofoon]] is tegenwoordig naast de [[Zilveren Nipkowschijf]] voor televisiemakers een ereprijs voor radiomakers | ||
| media = | | media = | ||
| gallery = | | gallery = | ||
| | | Beeld en Geluid archiefnummer = 2297 | ||
| externe_info = | | externe_info = | ||
}} | }} | ||
Om geluid op te vangen en te gebruiken voor radiotelefonie is een microfoon nodig die de luchttrillingen omzet in een elektrisch signaal. Aanvankelijk gebruikt men hiervoor een koolmicrofoon. Zendamateurs aan het begin van de twintigste eeuw nemen hiervoor vaak het microfoonkapsel uit een telefoontoestel. Het blikkerig geluid wordt voor lief genomen. | Om geluid op te vangen en te gebruiken voor radiotelefonie is een microfoon nodig die de luchttrillingen omzet in een elektrisch signaal. Aanvankelijk gebruikt men hiervoor een koolmicrofoon. Zendamateurs aan het begin van de twintigste eeuw nemen hiervoor vaak het microfoonkapsel uit een telefoontoestel. Het blikkerig geluid wordt voor lief genomen. | ||
Voor de radio-omroep is de kwaliteit van de koolmicrofoon in deze uitvoering onvoldoende. Daar gebruikt men de Reisz- ofwel marmerblokmicrofoon. Deze heeft een veel betere geluidskwaliteit. In een blok marmer bevindt zich het werkzame deel van de microfoon. Het marmer verschaft een solide en trillingvrij omhulsel. | Voor de radio-omroep is de kwaliteit van de koolmicrofoon in deze uitvoering onvoldoende. Daar gebruikt men de Reisz- ofwel marmerblokmicrofoon. Deze heeft een veel betere geluidskwaliteit. In een blok marmer bevindt zich het werkzame deel van de microfoon. Het marmer verschaft een solide en trillingvrij omhulsel. | ||
In 1935 beschrijft G.J. Eschauzier, een medewerker van | In 1935 beschrijft G.J. Eschauzier, een medewerker van [[Jan Corver]], in het blad ''Radio Expres'' hoe men zelf een Reisz microfoon kan maken. Hij gebruikt geen marmer maar stevig beuken- of mahoniehout om een microfoonlichaam te krijgen dat voldoende stevig en solide is. Dit zorgt ervoor dat de geluidskwaliteit toeneemt. | ||
Het werkende deel is nog steeds de koolmicrofoon, de kast is degelijker dan het kapsel van de telefoon. De vulling van de microfoon wordt ook zelf gemaakt. Men stampt een booglampspits of wat cokes heel fijn. Cokes is in die tijd een zeer gangbaar materiaal. Het is het restproduct bij de productie van lichtgas uit steenkool en een goedkope warmtebron in veel huiskamerskachels. Met dit poeder | |||
Het werkende deel is nog steeds de koolmicrofoon, de kast is degelijker dan het kapsel van de telefoon. De vulling van de microfoon wordt ook zelf gemaakt. Men stampt een booglampspits of wat cokes heel fijn. Cokes is in die tijd een zeer gangbaar materiaal. Het is het restproduct bij de productie van lichtgas uit steenkool en een goedkope warmtebron in veel huiskamerskachels. Met dit poeder vult men het omhulsel, maakt aansluitingen voor de elektriciteit en klaar. Wanneer geluidstrillingen het koollichaam bereiken wordt de kool meer of minder in elkaar gedrukt waardoor de geleiding varieert. Dit veroorzaakt een wisselende stroomsterkte welke naar de zender wordt doorgegeven. De [[draaggolf]] wordt dan gemoduleerd en door de zender uitgestraald. | |||
[[Category: | [[Category:Apparaat]] |
Huidige versie van 19 sep 2022 om 08:28
Naam | zelfbouwmicrofoon |
Vervaardigd door | |
In gebruik vanaf | 1935 |
In gebruik tot | |
Gewicht | |
Trivia | De Zilveren Reissmicrofoon is tegenwoordig naast de Zilveren Nipkowschijf voor televisiemakers een ereprijs voor radiomakers |
Beeld en Geluid archiefnummer | 2297 |
Om geluid op te vangen en te gebruiken voor radiotelefonie is een microfoon nodig die de luchttrillingen omzet in een elektrisch signaal. Aanvankelijk gebruikt men hiervoor een koolmicrofoon. Zendamateurs aan het begin van de twintigste eeuw nemen hiervoor vaak het microfoonkapsel uit een telefoontoestel. Het blikkerig geluid wordt voor lief genomen. Voor de radio-omroep is de kwaliteit van de koolmicrofoon in deze uitvoering onvoldoende. Daar gebruikt men de Reisz- ofwel marmerblokmicrofoon. Deze heeft een veel betere geluidskwaliteit. In een blok marmer bevindt zich het werkzame deel van de microfoon. Het marmer verschaft een solide en trillingvrij omhulsel.
In 1935 beschrijft G.J. Eschauzier, een medewerker van Jan Corver, in het blad Radio Expres hoe men zelf een Reisz microfoon kan maken. Hij gebruikt geen marmer maar stevig beuken- of mahoniehout om een microfoonlichaam te krijgen dat voldoende stevig en solide is. Dit zorgt ervoor dat de geluidskwaliteit toeneemt.
Het werkende deel is nog steeds de koolmicrofoon, de kast is degelijker dan het kapsel van de telefoon. De vulling van de microfoon wordt ook zelf gemaakt. Men stampt een booglampspits of wat cokes heel fijn. Cokes is in die tijd een zeer gangbaar materiaal. Het is het restproduct bij de productie van lichtgas uit steenkool en een goedkope warmtebron in veel huiskamerskachels. Met dit poeder vult men het omhulsel, maakt aansluitingen voor de elektriciteit en klaar. Wanneer geluidstrillingen het koollichaam bereiken wordt de kool meer of minder in elkaar gedrukt waardoor de geleiding varieert. Dit veroorzaakt een wisselende stroomsterkte welke naar de zender wordt doorgegeven. De draaggolf wordt dan gemoduleerd en door de zender uitgestraald.