Frits Butzelaar: verschil tussen versies
Geen bewerkingssamenvatting |
Geen bewerkingssamenvatting |
||
Regel 16: | Regel 16: | ||
| catalogus = [[Frits Butzelaar in de media]] | | catalogus = [[Frits Butzelaar in de media]] | ||
}} | }} | ||
Butzelaar was een rasacteur en in zijn werk een perfectionist. Zo kende hij niet alleen zijn eigen rollen, maar ook die van zijn tegenspelers door en door. Hij hield van klein spel voor de camera en minder van het grotere werk op het toneel. Butzelaar bepaalde in de beginjaren met de vaste toneelavond in de week het gezicht van de Nederlandse televisie met onder andere [[Jan Retel]], [[Maxim Hamel]], [[Ton Lensink]], [[Sirgid Koetse]] en [[Guus Hermus]]. | |||
Zijn voorliefde voor televisie verwoordde hij in de NRCV gids in januari 1994 aldus: | |||
“Was meer een man voor kamertoneel. Toen ik in de studio onder zo’n hengel met microfoon stond, dacht ik: dit is het. Nooit meer brullen, lekker nuanceren. Daarbij komt, dat ik meteen verliefd werd op de camera.” | |||
Frits was een bescheiden iemand, had oog voor de natuur (één met de kosmos). Was in zijn beginjaren een ‘zwerver’, onconventioneel in zijn opvattingen. Iemand beschreef hem als een dunne, benige man van 1,82 meter met heldere blauwe ogen, een imposante baard en lange haren. Kwam in de herfst van zijn leven weer aan acteren toe. Wilde zijn kennis ook graag overdragen op anderen. | |||
Als acteur is Butzelaar autodidact. Hij volgde een opleiding in de beeldende kunsten. In zijn schildersperiode trekt hij door Europa. Hij is in zijn jonge jaren een vermaard sportman, onder meer polsstokhoogspringen (nationale ploeg). Haalt zelfs de atletiekselectie voor de Olympische Spelen in 1940. | |||
In 1948 maakt Butzelaar zijn toneeldebuut bij ''het Vrije Toneel'' onder leiding van [[Jan Lemaire jr|Jan Lemaire]]. In de periode 1950 –1952 is Frits verbonden aan het ''Rotterdams Toneel''; van 1952 – 1954 bij de ''Rotterdamse Comedie'' en in het seizoen 1957 – 1958 maakt hij deel uit van de ''Nederlandse Comedie''. In 1964 speelt hij zijn laatste toneelrol bij het gezelschap van [[Jaap Maarleveld]] om zich vervolgens geheel aan de televisie te wijden. Voor zijn toneelopleiding benaderde Butzelaar [[Raden Jodjan]] (beweging), [[Etienne Decroux]] (mime) en [[Cruys Voorbergh]] (spel). | |||
Alhoewel hij niet tot de vaste hoorspelkern behoort, valt Butzelaar geregeld als acteur op de radio te beluisteren | |||
Zijn debuut als regisseur maakt hij op 26 februari 1960 met ''[[Een van de zeven]]''. Een tv-recensent schrijft in Nieuws van de Dag op 26 februari 1960 hierover: | |||
“Frits Butzelaar, die van dit uitstekende tv-spel de vertaling had verzorgd, debuteerde tevens als regisseur. Een zeer gelukkig debuut, niet alleen om de moed, dit stuk gekozen te hebben en het zich daarmee niet gemakkelijk te hebben gemaakt, maar ook omdat hij meteen bewezen heeft, de eis, welke goede cameraregie stelt, te verstaan”. | |||
De meeste bekendheid op televisie krijgt Butzelaar door zijn bijdrage aan ''[[Morgen gebeurt het]]'' (1958), een SF-serie geschreven door [[Mies Bouhuys]] waarin hij de rol van Apeiron speelde. Voorts als ridder Bamberain in de kinderserie ''[[Pipo de clown]]'' (Pipo noemt hem voortdurend ridder Blik). Zijn glansrol als acteur is echter die van de Britse contraspionageofficier Oreste Pinto in ''[[De fuik]]'' (1962) . | |||
In 1964 doet hij de beeldregie van de 12-delige kinderserie ''[[Rats en repel en lollipop]]''. Vervolgens wordt Butzelaar televisiedocent aan het NOS-opleidingsinstituut. Vier jaar is hij hoofd van de afdeling opleidingen op ‘Santbergen’. Butzelaar heeft over toneel en televisie een geheel eigen opvatting: | |||
“Toen de televisie begon, bleek overduidelijk dat Nederland geen enkele filmhistorie en ervaring had. Geen enkele toneelschool heeft nog een cursus waar actrices en acteurs ook opgeleid worden voor televisie, film en radio, om de expressie van stem, gezicht en gebaar te leren”. | |||
Butzelaar regisseert voor de verschillende omroepverenigingen, zo maakt hij de VARA-serie ''[[Het Wilhelmina]]'' en in 1975 ''[[Cyrano de Bergerac]]'' (KRO). In 1976 wordt hij door de NCRV als regisseur benaderd voor de achtdelige jeugdserie ''[[Pommetje Horlepiep]]''. In 1978 regisseert Butzelaar de toneelvoorstelling ''[[‘n vuile egoïst]]'' voor de KRO, vanuit het Hofpleintheater in Rotterdam. | |||
In 1986 staat Butzelaar voor de verandering weer eens voor de camera. In de achtdelige dramaserie ''[[M.s. ‘De Weereld]]'' speelt hij de rol van stuurman Hoornik. In 1987 doet hij als acteur mee in een aflevering van de dramaserie ''[[Otto en Hans]]'' Een jaar later speelt hij de vaderrol in de driedelige dramaserie ''[[De rivier waarin ik zwom]'']. | |||
Eind jaren ’80, begin jaren ’90 fungeert Butzelaar in een team van vier regisseurs bij ''[[Het Klokhuis]]''. Als enige ‘pensioengerechtigde’ regisseur maakt hij, vanwege bezuinigingen bij de NPS, plaats voor jong talent. | |||
Hij blijft tot hoge leeftijd acteren. Zo is hij in 1998 op 78-jarige leeftijd te zien in een aflevering van de dramaserie ''[[Zebra]]''. | |||
De laatste beelden van hem dateren uit 1999. In dat jaar valt het acteertalent van Butzelaar te bewonderen in ''[[In de praktijk]]''; ''[[Ben zo terug]]'', ''[[Family Plots]] '' en ''[[Kerstmis, een feest van sterren]]''. | |||
[[Category:personen|Butzelaar, Frits]] [[Category:Acteur |Butzelaar, Frits]] [[Category:Regisseur |Butzelaar, Frits]] | [[Category:personen|Butzelaar, Frits]] [[Category:Acteur |Butzelaar, Frits]] [[Category:Regisseur |Butzelaar, Frits]] |
Versie van 23 jul 2008 11:22
Naam | Frits Butzelaar |
Geboren | Utrecht, 13 maart 1920 |
Gestorven | Hilversum, 11 april 2000 |
Functies | acteur, regisseur |
Bekend van | Hoogverraad, Morgen gebeurt het, De fuik, Pipo de Clown, Kleine Isar, Het Klokhuis |
Periode actief | 1960-1999 |
Werkt samen met | Mies Bouhuys |
Trivia | Was de oorspronkelijke Klukkluk in Pipo de Clown, maar werd na 1 aflevering vervangen door Herbert Joeks |
Frits Butzelaar in de media Oeuvre Frits Butzelaar |
Butzelaar was een rasacteur en in zijn werk een perfectionist. Zo kende hij niet alleen zijn eigen rollen, maar ook die van zijn tegenspelers door en door. Hij hield van klein spel voor de camera en minder van het grotere werk op het toneel. Butzelaar bepaalde in de beginjaren met de vaste toneelavond in de week het gezicht van de Nederlandse televisie met onder andere Jan Retel, Maxim Hamel, Ton Lensink, Sirgid Koetse en Guus Hermus.
Zijn voorliefde voor televisie verwoordde hij in de NRCV gids in januari 1994 aldus:
“Was meer een man voor kamertoneel. Toen ik in de studio onder zo’n hengel met microfoon stond, dacht ik: dit is het. Nooit meer brullen, lekker nuanceren. Daarbij komt, dat ik meteen verliefd werd op de camera.”
Frits was een bescheiden iemand, had oog voor de natuur (één met de kosmos). Was in zijn beginjaren een ‘zwerver’, onconventioneel in zijn opvattingen. Iemand beschreef hem als een dunne, benige man van 1,82 meter met heldere blauwe ogen, een imposante baard en lange haren. Kwam in de herfst van zijn leven weer aan acteren toe. Wilde zijn kennis ook graag overdragen op anderen.
Als acteur is Butzelaar autodidact. Hij volgde een opleiding in de beeldende kunsten. In zijn schildersperiode trekt hij door Europa. Hij is in zijn jonge jaren een vermaard sportman, onder meer polsstokhoogspringen (nationale ploeg). Haalt zelfs de atletiekselectie voor de Olympische Spelen in 1940. In 1948 maakt Butzelaar zijn toneeldebuut bij het Vrije Toneel onder leiding van Jan Lemaire. In de periode 1950 –1952 is Frits verbonden aan het Rotterdams Toneel; van 1952 – 1954 bij de Rotterdamse Comedie en in het seizoen 1957 – 1958 maakt hij deel uit van de Nederlandse Comedie. In 1964 speelt hij zijn laatste toneelrol bij het gezelschap van Jaap Maarleveld om zich vervolgens geheel aan de televisie te wijden. Voor zijn toneelopleiding benaderde Butzelaar Raden Jodjan (beweging), Etienne Decroux (mime) en Cruys Voorbergh (spel). Alhoewel hij niet tot de vaste hoorspelkern behoort, valt Butzelaar geregeld als acteur op de radio te beluisteren
Zijn debuut als regisseur maakt hij op 26 februari 1960 met Een van de zeven. Een tv-recensent schrijft in Nieuws van de Dag op 26 februari 1960 hierover:
“Frits Butzelaar, die van dit uitstekende tv-spel de vertaling had verzorgd, debuteerde tevens als regisseur. Een zeer gelukkig debuut, niet alleen om de moed, dit stuk gekozen te hebben en het zich daarmee niet gemakkelijk te hebben gemaakt, maar ook omdat hij meteen bewezen heeft, de eis, welke goede cameraregie stelt, te verstaan”.
De meeste bekendheid op televisie krijgt Butzelaar door zijn bijdrage aan Morgen gebeurt het (1958), een SF-serie geschreven door Mies Bouhuys waarin hij de rol van Apeiron speelde. Voorts als ridder Bamberain in de kinderserie Pipo de clown (Pipo noemt hem voortdurend ridder Blik). Zijn glansrol als acteur is echter die van de Britse contraspionageofficier Oreste Pinto in De fuik (1962) .
In 1964 doet hij de beeldregie van de 12-delige kinderserie Rats en repel en lollipop. Vervolgens wordt Butzelaar televisiedocent aan het NOS-opleidingsinstituut. Vier jaar is hij hoofd van de afdeling opleidingen op ‘Santbergen’. Butzelaar heeft over toneel en televisie een geheel eigen opvatting:
“Toen de televisie begon, bleek overduidelijk dat Nederland geen enkele filmhistorie en ervaring had. Geen enkele toneelschool heeft nog een cursus waar actrices en acteurs ook opgeleid worden voor televisie, film en radio, om de expressie van stem, gezicht en gebaar te leren”.
Butzelaar regisseert voor de verschillende omroepverenigingen, zo maakt hij de VARA-serie Het Wilhelmina en in 1975 Cyrano de Bergerac (KRO). In 1976 wordt hij door de NCRV als regisseur benaderd voor de achtdelige jeugdserie Pommetje Horlepiep. In 1978 regisseert Butzelaar de toneelvoorstelling ‘n vuile egoïst voor de KRO, vanuit het Hofpleintheater in Rotterdam.
In 1986 staat Butzelaar voor de verandering weer eens voor de camera. In de achtdelige dramaserie M.s. ‘De Weereld speelt hij de rol van stuurman Hoornik. In 1987 doet hij als acteur mee in een aflevering van de dramaserie Otto en Hans Een jaar later speelt hij de vaderrol in de driedelige dramaserie [[De rivier waarin ik zwom]].
Eind jaren ’80, begin jaren ’90 fungeert Butzelaar in een team van vier regisseurs bij Het Klokhuis. Als enige ‘pensioengerechtigde’ regisseur maakt hij, vanwege bezuinigingen bij de NPS, plaats voor jong talent.
Hij blijft tot hoge leeftijd acteren. Zo is hij in 1998 op 78-jarige leeftijd te zien in een aflevering van de dramaserie Zebra. De laatste beelden van hem dateren uit 1999. In dat jaar valt het acteertalent van Butzelaar te bewonderen in In de praktijk; Ben zo terug, Family Plots en Kerstmis, een feest van sterren.