Geschiedenis van draadloze telefonie: verschil tussen versies
Geen bewerkingssamenvatting |
Geen bewerkingssamenvatting |
||
Regel 1: | Regel 1: | ||
De ontwikkeling van draadloze telefonie volgt op het gebruik van draadloze telegrafie. Daar wordt via het systeem van [[morsesignalen]] gecommuniceerd. Voor de gewone burger is dit systeem echter niet handig en ook onnodig. Daar komt verandering in wanneer men in staat is een draaggolf te genereren die voldoende sterk is en een voldoend hoge frequentie heeft (100 kHz en hoger). Ook worden inrichtingen ontwikkeld om de draaggolf te moduleren. De vroegere [[vonkzender]] is hiervoor ongeschikt. | De ontwikkeling van draadloze telefonie volgt op het gebruik van draadloze telegrafie. Daar wordt via het systeem van [[morsesignalen]] gecommuniceerd. Voor de gewone burger is dit systeem echter niet handig en ook onnodig. Daar komt verandering in wanneer men in staat is een draaggolf te genereren die voldoende sterk is en een voldoend hoge frequentie heeft (100 kHz en hoger). Ook worden inrichtingen ontwikkeld om de draaggolf te moduleren. De vroegere [[vonkzender]] is hiervoor ongeschikt. | ||
Met de introductie van de radiolamp wordt het mogelijk voldoende kwaliteit te krijgen en de eerste zenders worden gebouwd. Een van de vooraanstaande pioniers is onze landgenoot | Met de introductie van de radiolamp wordt het mogelijk voldoende kwaliteit te krijgen en de eerste zenders worden gebouwd. Een van de vooraanstaande pioniers is onze landgenoot [[Hans Henricus Schotanus à Steringa Idzerda]]. | ||
In samenwerking met Jan Corver en een groep enthousiaste amateurs in en rond Den Haag ontstaat een plan een radiozender in de lucht te brengen die spraak en muziek zal gaan uitzenden, iets wat tot dan toe niet gebeurd is. | In samenwerking met [[Jan Corver]] en een groep enthousiaste amateurs in en rond Den Haag ontstaat een plan een radiozender in de lucht te brengen die spraak en muziek zal gaan uitzenden, iets wat tot dan toe niet gebeurd is. | ||
Hanso Idzerda mogen wij beschouwen als grondlegger van de omroep. | Hanso Idzerda mogen wij beschouwen als grondlegger van de omroep. | ||
Onze Nederlandse omroepgeschiedenis gaat terug tot 6 november 1919. Dat is vrijwel de langste aaneengesloten omroepgeschiedenis ter wereld. Anders gezegd: De omroep is in Nederland ontstaan. Op die datum zendt Idzerda met de zender PCGG vanuit Den Haag zijn eerste omroepprogramma uit. Hij is dan wel niet de eerste omroeper, hij is wel de eerste omroeper met een levensvatbare conceptie. | Onze Nederlandse omroepgeschiedenis gaat terug tot 6 november 1919. Dat is vrijwel de langste aaneengesloten omroepgeschiedenis ter wereld. Anders gezegd: De omroep is in Nederland ontstaan. Op die datum zendt Idzerda met de zender PCGG vanuit Den Haag zijn eerste omroepprogramma uit. Hij is dan wel niet de eerste omroeper, hij is wel de eerste omroeper met een levensvatbare conceptie. | ||
In de Eerste Wereldoorlog | In de Eerste Wereldoorlog is het de burgers van de oorlogvoerende landen verboden zich met radiotechniek bezig te houden. Na de oorlog mogen de amateurs in Engeland weer ontvangen maar de antenneafmetingen zijn beperkt en voor het gebruik van lampen is een speciale vergunning nodig. Desondanks wordt PCGG in Engeland zo populair dat de krant Daily Mail in 1922 geld beschikbaar stelt als sponsoring van de speciaal voor Engelse luisteraars bestemde programma’s die PCGG vanuit Den Haag uitzendt. Uit diverse delen van Europa komen adhesiebetuigingen en luisterrapporten binnen. Het bereik van de zender overtreft de verwachtingen. | ||
Een belangrijke factor in dit succes is het feit dat de Philipsfabriek in Eindhoven is overgegaan op de productie van radiolampen. Deze voor de doorsnee amateur betaalbaar en overal bouwt men ontvangers met lampen waardoor de kwaliteit van de ontvangst verbetert. | Een belangrijke factor in dit succes is het feit dat de Philipsfabriek in Eindhoven is overgegaan op de productie van radiolampen. Deze voor de doorsnee amateur betaalbaar en overal bouwt men ontvangers met lampen waardoor de kwaliteit van de ontvangst verbetert. | ||
Regel 12: | Regel 12: | ||
“Een nieuwe Omroepregeling?” Het Hoofdbestuur van Posterijen en Telegrafie schijnt een regeling te willen maken voor werkelijke omroepvergunningen in Nederland…. Tot nu toe zijn in ons land alleen aan enkele fabrieken en particulieren experimentele vergunningen verleend Dat bracht mede dat bijv. alleen gedrukte tekst mocht worden voorgelezen. Lezingen, mededeelingen, correspondentie, dat alles was verboden. De Ned. Ver. Voor Radiotelegrafie heeft dit ten aanzien van haar Omroep aan den lijve ondervonden. Maar nu leest men in de Staatscourant van 1 Aug. Nr.148: Het voornemen bestaat om dagelijks tusschen 7 en10 n.m. en des Zondags bovendien van 3 tot 5 n.m na verkregen machtiging….de gelegenheid te geven voor het rondzenden van mededeelingen aan allen z.g broadcasting waaronder wordt verstaan het verspreiden van mededeelingen van woord en tooninhoud van ontspannenden, leerzamen, politieken, ethischen en religieuzen aard bestemd voor allen die daar naar wenschen te luisteren.” | “Een nieuwe Omroepregeling?” Het Hoofdbestuur van Posterijen en Telegrafie schijnt een regeling te willen maken voor werkelijke omroepvergunningen in Nederland…. Tot nu toe zijn in ons land alleen aan enkele fabrieken en particulieren experimentele vergunningen verleend Dat bracht mede dat bijv. alleen gedrukte tekst mocht worden voorgelezen. Lezingen, mededeelingen, correspondentie, dat alles was verboden. De Ned. Ver. Voor Radiotelegrafie heeft dit ten aanzien van haar Omroep aan den lijve ondervonden. Maar nu leest men in de Staatscourant van 1 Aug. Nr.148: Het voornemen bestaat om dagelijks tusschen 7 en10 n.m. en des Zondags bovendien van 3 tot 5 n.m na verkregen machtiging….de gelegenheid te geven voor het rondzenden van mededeelingen aan allen z.g broadcasting waaronder wordt verstaan het verspreiden van mededeelingen van woord en tooninhoud van ontspannenden, leerzamen, politieken, ethischen en religieuzen aard bestemd voor allen die daar naar wenschen te luisteren.” | ||
Wanneer ook vanuit de Nederlandse Seintoestellen Fabriek NSF in Hilversum uitzendingen worden verzorgd gaat het snel. Spoedig ontstaan verenigingen die tot doel hebben het verzorgen van radio-uitzendingen ten behoeve van hun doelgroep. AVRO, KRO, NCRV enzovoort zijn de namen die we kennen. Een nieuw tijdperk van brede informatievoorziening is aangebroken. | Wanneer ook vanuit de Nederlandse Seintoestellen Fabriek NSF in Hilversum uitzendingen worden verzorgd gaat het snel. Spoedig ontstaan verenigingen die tot doel hebben het verzorgen van radio-uitzendingen ten behoeve van hun doelgroep. [[AVRO]], [[KRO]], [[NCRV]] enzovoort zijn de namen die we kennen. Een nieuw tijdperk van brede informatievoorziening is aangebroken. | ||
[[Category:Techniek]] | [[Category:Techniek]] |
Versie van 1 okt 2012 11:49
De ontwikkeling van draadloze telefonie volgt op het gebruik van draadloze telegrafie. Daar wordt via het systeem van morsesignalen gecommuniceerd. Voor de gewone burger is dit systeem echter niet handig en ook onnodig. Daar komt verandering in wanneer men in staat is een draaggolf te genereren die voldoende sterk is en een voldoend hoge frequentie heeft (100 kHz en hoger). Ook worden inrichtingen ontwikkeld om de draaggolf te moduleren. De vroegere vonkzender is hiervoor ongeschikt. Met de introductie van de radiolamp wordt het mogelijk voldoende kwaliteit te krijgen en de eerste zenders worden gebouwd. Een van de vooraanstaande pioniers is onze landgenoot Hans Henricus Schotanus à Steringa Idzerda. In samenwerking met Jan Corver en een groep enthousiaste amateurs in en rond Den Haag ontstaat een plan een radiozender in de lucht te brengen die spraak en muziek zal gaan uitzenden, iets wat tot dan toe niet gebeurd is. Hanso Idzerda mogen wij beschouwen als grondlegger van de omroep. Onze Nederlandse omroepgeschiedenis gaat terug tot 6 november 1919. Dat is vrijwel de langste aaneengesloten omroepgeschiedenis ter wereld. Anders gezegd: De omroep is in Nederland ontstaan. Op die datum zendt Idzerda met de zender PCGG vanuit Den Haag zijn eerste omroepprogramma uit. Hij is dan wel niet de eerste omroeper, hij is wel de eerste omroeper met een levensvatbare conceptie.
In de Eerste Wereldoorlog is het de burgers van de oorlogvoerende landen verboden zich met radiotechniek bezig te houden. Na de oorlog mogen de amateurs in Engeland weer ontvangen maar de antenneafmetingen zijn beperkt en voor het gebruik van lampen is een speciale vergunning nodig. Desondanks wordt PCGG in Engeland zo populair dat de krant Daily Mail in 1922 geld beschikbaar stelt als sponsoring van de speciaal voor Engelse luisteraars bestemde programma’s die PCGG vanuit Den Haag uitzendt. Uit diverse delen van Europa komen adhesiebetuigingen en luisterrapporten binnen. Het bereik van de zender overtreft de verwachtingen. Een belangrijke factor in dit succes is het feit dat de Philipsfabriek in Eindhoven is overgegaan op de productie van radiolampen. Deze voor de doorsnee amateur betaalbaar en overal bouwt men ontvangers met lampen waardoor de kwaliteit van de ontvangst verbetert.
In het blad radio Expres van augustus 1923 wordt een beeld gegeven van de situatie waarin de radio zich dan bevindt. Alles is nog experimenteel, al zijn er duidelijke tekenen dat de ontwikkeling naar een volwaardig omroepsysteem resultaten gaat afwerpen. De overheid slaat deze ontwikkelingen gade en meent dat zij een vinger in de pap moet hebben. Het gevolg is dat vanuit Den Haag naast omroepuitzendingen ook regelgeving komt. De eerste mediawet ziet het licht. Een citaat: “Een nieuwe Omroepregeling?” Het Hoofdbestuur van Posterijen en Telegrafie schijnt een regeling te willen maken voor werkelijke omroepvergunningen in Nederland…. Tot nu toe zijn in ons land alleen aan enkele fabrieken en particulieren experimentele vergunningen verleend Dat bracht mede dat bijv. alleen gedrukte tekst mocht worden voorgelezen. Lezingen, mededeelingen, correspondentie, dat alles was verboden. De Ned. Ver. Voor Radiotelegrafie heeft dit ten aanzien van haar Omroep aan den lijve ondervonden. Maar nu leest men in de Staatscourant van 1 Aug. Nr.148: Het voornemen bestaat om dagelijks tusschen 7 en10 n.m. en des Zondags bovendien van 3 tot 5 n.m na verkregen machtiging….de gelegenheid te geven voor het rondzenden van mededeelingen aan allen z.g broadcasting waaronder wordt verstaan het verspreiden van mededeelingen van woord en tooninhoud van ontspannenden, leerzamen, politieken, ethischen en religieuzen aard bestemd voor allen die daar naar wenschen te luisteren.”
Wanneer ook vanuit de Nederlandse Seintoestellen Fabriek NSF in Hilversum uitzendingen worden verzorgd gaat het snel. Spoedig ontstaan verenigingen die tot doel hebben het verzorgen van radio-uitzendingen ten behoeve van hun doelgroep. AVRO, KRO, NCRV enzovoort zijn de namen die we kennen. Een nieuw tijdperk van brede informatievoorziening is aangebroken.