Kattenoog: verschil tussen versies
Geen bewerkingssamenvatting |
Geen bewerkingssamenvatting |
||
Regel 1: | Regel 1: | ||
Het kattenoog is behalve het oog van onze huiskat ook een middel om te kunnen zien of de radio goed op de zender is afgestemd. Rond het jaar 1930 wordt de eerste versie van het kattenoog in de ontvanger toegepast. Het is een radiolamp die in feite een vroege versie is van de kathodestraalbuis, beter bekend als de beeldbuis van de televisie. Het kattenoogbuisje is echter klein. | Het kattenoog is behalve het oog van onze huiskat ook een middel om te kunnen zien of de radio goed op de zender is afgestemd. Rond het jaar 1930 wordt de eerste versie van het kattenoog in de ontvanger toegepast. Het is een radiolamp die in feite een vroege versie is van de [[kathodestraalbuis]], beter bekend als de beeldbuis van de televisie. Het kattenoogbuisje is echter klein. | ||
=werking= | |||
Op de ronde top is aan de binnenkant een fluorescerende laag aangebracht die oplicht als deze getroffen wordt door een straal elektronen. In het inwendige van de lamp zijn elementen aangebracht die aangesloten zijn op de plaats waar het radiosignaal aanwezig is. Deze voorziening heeft invloed op de sterkte en de richting van de in de buis opgewekte elektronenstraal. De intensiteit en richting van de straal bepalen hoe het beeld eruit zal zien. De bedoeling is dat het zendersignaal bij juiste afstemming de elektronenstraal zodanig beïnvloedt dat twee groen oplichtende einden van de buis elkaar dicht naderen. Hoe smaller het donkere tussenstuk, hoe beter de afstemming. | Op de ronde top is aan de binnenkant een fluorescerende laag aangebracht die oplicht als deze getroffen wordt door een straal elektronen. In het inwendige van de lamp zijn elementen aangebracht die aangesloten zijn op de plaats waar het radiosignaal aanwezig is. Deze voorziening heeft invloed op de sterkte en de richting van de in de buis opgewekte elektronenstraal. De intensiteit en richting van de straal bepalen hoe het beeld eruit zal zien. De bedoeling is dat het zendersignaal bij juiste afstemming de elektronenstraal zodanig beïnvloedt dat twee groen oplichtende einden van de buis elkaar dicht naderen. Hoe smaller het donkere tussenstuk, hoe beter de afstemming. | ||
De eerste versie van het kattenoog is rond, later verschijnt een kattenoog dat een beeld geeft van twee groene balkjes die elkaar naderen. Ook hier geldt dat hoe smaller de ruimte tussen de balkjes is, hoe beter de afstemming. | De eerste versie van het kattenoog is rond, later verschijnt een kattenoog dat een beeld geeft van twee groene balkjes die elkaar naderen. Ook hier geldt dat hoe smaller de ruimte tussen de balkjes is, hoe beter de afstemming. | ||
=van oog naar meter= | |||
Wanneer de lampentechniek wordt verdrongen door de transistor verdwijnt het kattenoog van de radio en wordt soms vervangen door een meter die met een wijzer de afstemming aangeeft. Het is een signaalsterktemeter, uitgevoerd als draaispoelmeter. Dat is een meter waarvan de wijzer is verbonden met een spoel van dun koperdraad die zich in een magnetisch veld bevindt van een permanente magneet. Wanneer er een stroom loopt door de spoel zal een magnetisch veld worden opgewekt dat reageert met het magnetisch veld van de magneet. Hierdoor zal de wijzer bewegen. Hoe sterker de stroom door de spoel, hoe groter de beweging van de wijzer. Zo weet men wanneer de radio het best op de gewenste zender is afgestemd. | Wanneer de lampentechniek wordt verdrongen door de transistor verdwijnt het kattenoog van de radio en wordt soms vervangen door een meter die met een wijzer de afstemming aangeeft. Het is een signaalsterktemeter, uitgevoerd als draaispoelmeter. Dat is een meter waarvan de wijzer is verbonden met een spoel van dun koperdraad die zich in een magnetisch veld bevindt van een permanente magneet. Wanneer er een stroom loopt door de spoel zal een magnetisch veld worden opgewekt dat reageert met het magnetisch veld van de magneet. Hierdoor zal de wijzer bewegen. Hoe sterker de stroom door de spoel, hoe groter de beweging van de wijzer. Zo weet men wanneer de radio het best op de gewenste zender is afgestemd. | ||
[[Category:Techniek]] | [[Category:Techniek]] |
Huidige versie van 14 mei 2018 om 08:13
Het kattenoog is behalve het oog van onze huiskat ook een middel om te kunnen zien of de radio goed op de zender is afgestemd. Rond het jaar 1930 wordt de eerste versie van het kattenoog in de ontvanger toegepast. Het is een radiolamp die in feite een vroege versie is van de kathodestraalbuis, beter bekend als de beeldbuis van de televisie. Het kattenoogbuisje is echter klein.
werking
Op de ronde top is aan de binnenkant een fluorescerende laag aangebracht die oplicht als deze getroffen wordt door een straal elektronen. In het inwendige van de lamp zijn elementen aangebracht die aangesloten zijn op de plaats waar het radiosignaal aanwezig is. Deze voorziening heeft invloed op de sterkte en de richting van de in de buis opgewekte elektronenstraal. De intensiteit en richting van de straal bepalen hoe het beeld eruit zal zien. De bedoeling is dat het zendersignaal bij juiste afstemming de elektronenstraal zodanig beïnvloedt dat twee groen oplichtende einden van de buis elkaar dicht naderen. Hoe smaller het donkere tussenstuk, hoe beter de afstemming. De eerste versie van het kattenoog is rond, later verschijnt een kattenoog dat een beeld geeft van twee groene balkjes die elkaar naderen. Ook hier geldt dat hoe smaller de ruimte tussen de balkjes is, hoe beter de afstemming.
van oog naar meter
Wanneer de lampentechniek wordt verdrongen door de transistor verdwijnt het kattenoog van de radio en wordt soms vervangen door een meter die met een wijzer de afstemming aangeeft. Het is een signaalsterktemeter, uitgevoerd als draaispoelmeter. Dat is een meter waarvan de wijzer is verbonden met een spoel van dun koperdraad die zich in een magnetisch veld bevindt van een permanente magneet. Wanneer er een stroom loopt door de spoel zal een magnetisch veld worden opgewekt dat reageert met het magnetisch veld van de magneet. Hierdoor zal de wijzer bewegen. Hoe sterker de stroom door de spoel, hoe groter de beweging van de wijzer. Zo weet men wanneer de radio het best op de gewenste zender is afgestemd.