Nieuwspresentator: Het neutrale imago van de nieuwslezer

Uit B&G Wiki
Versie door ArnoudGoos (overleg | bijdragen) op 2 okt 2012 om 14:07 (Nieuwe pagina aangemaakt met '===Het neutrale imago van de nieuwslezer === Los van technische innovaties wordt in de jaren zeventig op het gebied van de nieuwslezers een belangrijk precedent ge...')
(wijz) ← Oudere versie | Huidige versie (wijz) | Nieuwere versie → (wijz)

Het neutrale imago van de nieuwslezer

Los van technische innovaties wordt in de jaren zeventig op het gebied van de nieuwslezers een belangrijk precedent geschapen, waarvan de gevolgen nog altijd zichtbaar zijn bij het NOS Journaal. Dit voorval vindt plaats in 1973, wanneer Journaallezer Bob Meijer door hoofdredacteur Dick Simons wordt geschorst voor zijn activiteiten buiten het Journaal. Meijer heeft namelijk in zijn vakantie een tweetal films gemaakt over Israël en daarmee duidelijk zijn mening gespuid over lopende zaken. Simons’ standpunt luidt dat een nieuwslezer “geen opinievormend, meninggevend commentaar mag spreken”. Een jaar eerder al wordt Meijer op de vingers getikt wegens schnabbelen, waarbij hij voor bedrijfsfeestjes namaakjournaals voorleest en zelfs gebruik maakt van de herkenbare gong van het Journaal en eenzelfde vormgeving.

Dit voorval heeft er mede aan bij gedragen dat nieuwslezers daarna erg beperkt worden in de werkzaamheden die zij naast het Journaal doen. Nieuwspresentatoren worden door hun omroep wel ingezet voor eigen programma’s naast de nieuwsuitzendingen. Dit varieert van de verslaggeving rondom Koninginnedagen, Bevrijdingsdagen, begrafenisuitzendingen van prominenten, verkiezingsuitzendingen tot de verslaggeving van muziekconcerten. Ook in gastoptredens in andere televisieprogramma’s worden de nieuwspresentatoren door hun hoofdredacties beperkt. Niet alles mag zomaar en vrijwel altijd dient van tevoren overleg plaats te vinden. Een bij de interviews veel gehoorde regel is dat een optreden enigszins te maken moet hebben met het vak van journalist/nieuwspresentator of met de organisatie waarvoor zij werken. Hierin lijkt echter wel een versoepeling plaats te vinden. Uiteraard bestaan er in de jaren zestig en zeventig simpelweg minder televisie- en radioprogramma’s om in op te treden, maar nieuwspresentatoren uit die tijd treden vrijwel nooit (of heel af en toe) op in andere programma’s. De jaren daarna gebeurt dit steeds meer.


Schnabbels

Ook de regelgeving rondom schnabbels wordt veelal op deze manier geregeld: er moet toestemming worden gevraagd en het neutrale imago mag niet in gevaar komen. Een freelancer is moeilijker bepaalde verplichtingen of juist geboden op te leggen, maar ook dit is niet grenzeloos.

Toch is de mening over de neutrale rol van de nieuwspresentator door de jaren heen veranderd. De eerste decennia wordt nog steeds aangenomen dat de nieuwspresentator neutraal moet zijn, een mening die in de eenentwintigste eeuw ook breed gedragen wordt. Toch lijkt er een ontwikkeling plaats te vinden waarbij de nieuwslezer meer van zichzelf kan en mag laten zien, waardoor bijvoorbeeld in een vraaggesprek duidelijker wordt wat de nieuwspresentator van iets vindt.



Terug naar onderwerp

Vorig hoofdstuk || Volgend hoofdstuk