Emile Fallaux
Naam | Emile Marcus Fallaux |
Geboren | Leiden, 6 augustus 1944 |
Functies | regisseur, eindredacteur, documentairemaker |
Bekend van | Post USA, Post Irkoetsk, Post Nicaragua, Diogenes, Het Gat van Nederland, Machiavelli, Himalaya |
Periode actief | 1966 - 2009 |
Werkt samen met | Wim de Bie, Theo van Gogh, Hans Keller, Erik Zuyderhof, Rob Klaasman, Ad 's-Gravesande |
Media | |
Emile Fallaux in de media Oeuvre Emile Fallaux |
Emile Marcus Fallaux, geboren in Leiden, groeit op in wat hij zelf typeert als ‘een sociaal-democratisch milieu’. Op de HBS van het Rembrandt Lyceum speelt hij toneel. Na twee van de drie jaar opleiding tot acteur aan de toneelschool in Arnhem wordt Fallaux toegelaten tot de opleiding regie aan de Amsterdamse toneelschool en verdiept zich, tegen de heersende voorkeur voor het psychologisch-realisme in, in radicale theatermakers als Antonin Artoud en Jean Genet. Na zijn regieopleiding reist Fallaux een tijd met Het Living Theatre rond.
In 1966 begint zijn journalistieke carrière bij Wim de Bie’s VARA radioprogramma Uitlaat. Voor dit programma maakt hij een portret van een ex-SSer. Fallaux laat de man zonder commentaar aan het woord en dat leidt tot Kamervragen en een berisping bij de VARA. Een onverwachte carrièrestap maakt Fallaux in 1968, als hij interim-hoofdredacteur wordt bij het vrouwenblad EVA, een weekblad met een oplage van 300.000. Hij volgt stages bij bladenuitgeverij Grüner und Jahr in Hamburg (onder andere bij Der Stern). "Een anti-hippiepose", zo stelt Fallaux later. Na twee jaar vertrekt hij als rapporteur voor UNESCO naar India. Als freelance correspondent doet hij voor AFP verslag van de oorlog tussen Oost- en West Pakistan.
Terug in Nederland introduceert Wim de Bie Fallaux bij de VPRO. In 1974werkt hij onder eindredacteur Ad 's-Gravesande en maat items voor Het Gat van Nederland. Na een scheiding met zijn toenmalige vrouw trekt hij naar de VS. Vanuit hier produceert en regisseert hij items en documentaires voor de Zweedse televisie en voor de VPRO, onder meer voor de programma's Machiavelli en Himalaya, onder redactie van Hans Keller. Begin jaren tachtig zet hi jvoor de VPRO het wekelijkse tv-programma BGTV op, waarvan hij eindredacteur wordt. in een interview met het NRC in 2005 omschrijft hij dit als "een soort video-jeugdhonk met mij in de rol van hopman". Vanaf 1984 maakt hij zes jaar lang met regelmaat ‘videobrieven’ voor de VPRO. Het zijn reportages waarmee hij een indruk wil geven van de invloed van de grote politiek op het leven van alledag. De videobrieven uit Post VS, Post Nicaragua, Post Irkoetsk en Post 's-Gravenhage worden bekroond met een Nipkowschijf en de L.J. Jordaanprijs.
Fallaux verlaat de VPRO in 1990 uit onvrede met de leiding, die hij kenmerkt als autoritair en niet betrokken. “Niemand durfde het instituut VPRO met zijn progressief intellectuele snit ter discussie te brengen”, zegt hij in het eerdergenoemde interview.
Fallaux wordt in 1991 gevraagd als directeur voor het Internationaal Filmfestival Rotterdam en kondigt aan de post voor vijf jaar te willen bekleden, waaraan hij zich houdt. Met Fallaux komen er nieuwe filmprogramma’s en verdwijnt de nadruk op de filmhistorie. En zo verschijnen Exploding Cinema, waarin de invloed van nieuwe media op de filmtaal wordt onderzocht, The Limits of Liberty, een programma waarbinnen de vrijheid van meningsuiting door filmmakers ter discussie staat en Trash, een platform voor horror- en cultfilms. Fallaux introduceert de Tiger Awards, een geldprijs voor opkomend internationaal talent. In 1992 richt Fallaux op het IFFR FilmFree op: een wereldwijde organisatie die opkomt voor de vrijheid van filmmakers. In het korte bestaan van de organisatie haalt FilmFree de krant met de vertoning van de documentaire Beruf Neonazi van Winfried Bonengel, waarin de in nazi-taal sprekende hoofdpersoon Ewald Althans niet van weerwoord wordt voorzien. Het IDFA heeft de film dat jaar op kwaliteit afgekeurd. De vertoning gaat gepaard met protesten in de bioscoop.
Fallaux beleeft zijn fictiedebuut op 56-jarige leeftijd. In 2001 komt de door hem geschreven en geregisseerde televisiefilm Liefje uit. Filmcriticus Hans Beerekamp ziet in Fallaux’ filmstijl verwantschap met Theo van Gogh en Mijke de Jong, wiens namen ook op de filmcredits prijken. Fallaux schrijft drie jaar later, na de dood van Van Gogh, een lijvig artikel over het werk van deze filmmaker en vriend. Als eindredacteur van BGTV ontving hij Van Gogh op zijn kantoor, met zijn nieuwste film Luger onder zijn arm. "Afgeketst door de Nederlandse filmwereld", vertelt deze. Fallaux vertoont twee omstreden fragmenten uit de film in zijn programma: de schoft duwt de loop van een revolver in een vagina en haalt de trekker over; twee poezen worden in de wasmachine geduwd en draaien rond. Op het tweede fragment stroomden de woedende reacties binnen. Op de dag van de moord van Van Gogh, kijkt Fallaux, samen met Filmfestivaldirecteur Sandra den Hamer, naar de ruwe montage van Van Gogh’s nieuwste film 0605, over de moord van Pim Fortuyn.
In 2005 wordt Fallaux de nieuwe hoofdredacteur van het weekblad Vrij Nederland. Fallaux’s strategie houdt in: langere verhalen, grote onderzoeksprojecten, fotoreportages en daarnaast literatuur. ‘Slow Journalism’ is het idee, naar voorbeeld uit Amerika. Het tijdschrift verschijnt in magazine formaat en niet langer in A3. Na vier jaar bij VN gaat Fallaux met pensioen, maar blijft actief in culturele organisaties, onder meer als voorzitter van Submarinechannel, en lid van de Raad van Toezicht van het Nederlands Filmfonds.
Prijzen en onderscheidingen
Post Irkoetsk, Post Nicaragua, Post VS, Post 's-Gravenhage.
Zilveren Nipkowschijf (1991).
L.J.Jordaanprijs voor vernieuwende televisie (1991).