Experimentele eindversterker: verschil tussen versies

Uit B&G Wiki
Geen bewerkingssamenvatting
Geen bewerkingssamenvatting
 
Regel 23: Regel 23:
Aan het begin van de jaren dertig verschijnen op de Europese markt OSTAR radiolampen. Het bijzondere van deze lampen is dat de [[kathode]] verhit wordt door een gloeidraad die direct op de netspanning van 110-220 volt wordt aangesloten. Dit is een technisch hoogstandje van de Oostenrijkse fabriek GUSTAV GANZ te Wenen. Men ziet namelijk kans om de gloeidraad, die uitgetrokken een lengte heeft van 4 meter, onder te brengen in een zeer kleine ruimte van het gebruikelijke gloeikathodebuisje.
Aan het begin van de jaren dertig verschijnen op de Europese markt OSTAR radiolampen. Het bijzondere van deze lampen is dat de [[kathode]] verhit wordt door een gloeidraad die direct op de netspanning van 110-220 volt wordt aangesloten. Dit is een technisch hoogstandje van de Oostenrijkse fabriek GUSTAV GANZ te Wenen. Men ziet namelijk kans om de gloeidraad, die uitgetrokken een lengte heeft van 4 meter, onder te brengen in een zeer kleine ruimte van het gebruikelijke gloeikathodebuisje.


Het object is een op een multiplex gemonteerde schakeling, voor een OSTAR gelijkrichtlamp type EG100 en een OSTAR [[triode]] voor de eindversterking. Een duidelijk geval van [[breadboarding]].
Het object is een op een multiplex plaat gemonteerde schakeling, met een OSTAR gelijkrichtlamp type EG100 en een OSTAR [[triode]] voor de eindversterking. Een duidelijk geval van [[breadboarding]].
Het toestel is vakkundig en zorgvuldig gebouwd. Op de onderzijde staat met potlood geschreven: “Versterker voor OSTAR lampen direct op 220 volt”.  Het plankje is aan één zijde met aluminiumverf bestreken. Gezien de ongebruikte gaten heeft de plank eerder dienst gedaan als bodem voor een andere experimentele schakeling.
Het toestel is vakkundig en zorgvuldig gebouwd. Op de onderzijde staat met potlood geschreven: “Versterker voor OSTAR lampen direct op 220 volt”.  Het plankje is aan één zijde met aluminiumverf bestreken. Gezien de ongebruikte gaten heeft de plank eerder dienst gedaan als bodem voor een andere experimentele schakeling.


[[Category:Apparaat]]
[[Category:Apparaat]]

Huidige versie van 21 aug 2013 om 19:35

[[Image:|center|thumb|250px|]]
NaamExperimentele eindversterker
Vervaardigd door
In gebruik vanaf
In gebruik tot
Gewicht


Aan het begin van de jaren dertig verschijnen op de Europese markt OSTAR radiolampen. Het bijzondere van deze lampen is dat de kathode verhit wordt door een gloeidraad die direct op de netspanning van 110-220 volt wordt aangesloten. Dit is een technisch hoogstandje van de Oostenrijkse fabriek GUSTAV GANZ te Wenen. Men ziet namelijk kans om de gloeidraad, die uitgetrokken een lengte heeft van 4 meter, onder te brengen in een zeer kleine ruimte van het gebruikelijke gloeikathodebuisje.

Het object is een op een multiplex plaat gemonteerde schakeling, met een OSTAR gelijkrichtlamp type EG100 en een OSTAR triode voor de eindversterking. Een duidelijk geval van breadboarding. Het toestel is vakkundig en zorgvuldig gebouwd. Op de onderzijde staat met potlood geschreven: “Versterker voor OSTAR lampen direct op 220 volt”. Het plankje is aan één zijde met aluminiumverf bestreken. Gezien de ongebruikte gaten heeft de plank eerder dienst gedaan als bodem voor een andere experimentele schakeling.