On the air: verschil tussen versies

Uit B&G Wiki
Geen bewerkingssamenvatting
Geen bewerkingssamenvatting
Regel 15: Regel 15:
[[On the Air]] is een documentaire uit 1992 die gemaakt is in opdracht van de [[VPRO]] voor het programma [[Dokument]] van de [[NCRV]]. Onder deze laatste omroep is het programma ook uitgezonden.  
[[On the Air]] is een documentaire uit 1992 die gemaakt is in opdracht van de [[VPRO]] voor het programma [[Dokument]] van de [[NCRV]]. Onder deze laatste omroep is het programma ook uitgezonden.  


On the Air is een documentaire over de ontwikkelingen in de radio en of het einde van dat medium in zich zou komen. In deze documentaire woorden medewerkers van alle tijden en alle smaken aan het woord gelaten. Zo worden er korte uitspraken gedaan over 'het einde' van de radio en wordt verteld dat de [[TROS]] zei dat ze door zouden gaan met met televisie. Deze korte uitspraken worden, geheel in het thema van de radio, gestuurd met het draaien aan een radioknop.  
On the Air is een documentaire over de ontwikkelingen in de radio en of het einde van dat medium in zich zou komen. In deze documentaire woorden medewerkers van alle tijden en alle smaken aan het woord gelaten. Zo worden er korte uitspraken gedaan over 'het einde' van de radio en wordt verteld dat de [[TROS]] zei dat ze door zouden gaan met met televisie. Deze korte uitspraken worden in het begin van de documentaire, geheel in het thema van de radio, gestuurd met het draaien aan een radioknop.  


In deze documentaire worden ook veel beelden gebruikt van vroeger. Je ziet beelden van 'achter de schermen', zoals een hoorspel dat gedaan wordt, of de aankondiging van een bepaalde zender, onder begeleiding van een orkest. Ook zie je beelden van zangers en sprekers, zoals nieuwslezers. De documentaire wordt uiteindelijk afgesloten met  het lied 'radio' van Queen.
De geschiedenis van de radio wordt verteld vanaf het begin op 24 maart 1919 met de heer Idzerda in samenwerking met Philips tot het punt waarop mensen waren gaan denken dat radio aan het verdwijnen was in 1992. De radio werd in het begin gebruikt door zuilen die ieder een radioprogramma kregen voor een beperkt aantal uitzenduren. Bij iedere omroep hoorde ook een eigen leus of overtuiging die met veel enthousiasme werd overgedragen via de radio.
Verder werd de radio gebruikt om muziek te spelen  waar iedereen naar kon luisteren of hoorspelen.
 
'''Propagandistische doeleinden'''
 
In 1940 werd Nederland echter bruut overvallen door de Duitsers. Zij maakten een eind aan het zuilensysteem op de radio en zorgden voor een staatsomroep. Deze omgooi maakte ook meteen de propagandistische waarde duidelijk van de radio. Dat wil zeggen dat de Duitsers de radio gebruikten om reclame te maken voor de Duitse gedachtegang van de Nazi's. De radio werd ingezet om Nederlanders naar hun kant toe te trekken.
Vele Nederlanders gaven echter toch de voorkeur aan Radio Oranje. De oplossing van de Duitsers was hiervoor dat alle radiotoestellen ingeleverd moesten worden en dat er een volksontvanger kwam, waarop alleen maar Duitse zenders binnenkwamen.
Nederlanders bleven echter nog in het geheim luisteren naar de uitzendingen van Radio Oranje en ze verstopten hun radiotoestellen dan ook, zodat deze hen niet afgepakt kon worden.
 
Na de oorlog schoot de verkoop dan ook weer flink omhoog. Er was nog steeds veel muziek en er kwamen vele hoorspelen, om als het ware de tijd in te halen.
 
Verder wordt er veel aandacht besteed aan piraterij op de radio. Er zijn vele nieuwe zenders, zowel op land als op water, ontstaan door de piraterij en dit bracht ook veel onrust met zich mee voor de regering, die het telkens maar weer aan banden probeerde te leggen. De regering tekende dan ook het verdrag van Strassbourg in 1974. Dit verdrag betekende een verbod voor zeezenders buiten de territoriale wateren, ondanks de vele protesten van vele luisteraars en omroepeigenaren. Vervolgens ontstonden er weer piratenzenders op het land met zelfgebouwde zenders. Landpiraterij heeft de aanzet gegeven tot lokale en regionale zenders.
 
'''Horizontaal geprogrammeerde popzender'''
 
Voortaan werd de tekst voor de radio niet meer vooraf geschreven, maar ter plekke verzonnen. Hierdoor waren de teksten dus kort. Het ging dan ook niet meer alleen om muziek op de radio, maar de manier van aankondigen werd ook belangrijk. Radiozenders kregen speciale DJ's (disk-jockeys) en voortaan was er elke dag op dezelfde tijd hetzelfde programma te beluisteren, zoals de 'Top 40'. Kortom: er was een nieuwe radio geboren. Een horizontaal geprogrammeerde popzender.
 
Nieuwe radiozenders werden ook doelgroepgericht. Dit gaf luisteraars de mogelijkheid voor een soort muziek te kiezen. Zo konden ze, als het ware, hun eigen muziek luisteren en hoefden ze ook niet voortdurend aan de knop te draaien om de radio bij leuke liedjes af te stemmen.
 
Een andere vernieuwing was het radio-datasysteem (als oplossing tegen satellietstations). Met behulp van dit systeem kon er informatie verstrekt worden via de radio in een auto bijvoorbeeld. Een programma of cassettebandje kon dan onderbroken worden voor verkeersinformatie of het nieuws. Zodra dit afgelopen was zou het bandje of programma weer hervat worden.
 
 
In deze documentaire wordt verder veel gebruik gemaakt van beeldmateriaal van vroeger. Je ziet beelden van 'achter de schermen', zoals een hoorspel dat gedaan wordt, of de aankondiging van een bepaalde zender, onder begeleiding van een orkest. Ook zie je beelden van zangers en sprekers, zoals nieuwslezers.  


De inleiding en de afsluiting worden beide gedaan door [[Ati Dijckmeester]].




Regel 68: Regel 89:
Het medium [[televisie]] werd in de tijd van deze documentaire steeds populairder en men vroeg zich dan ook af of de radio zijn beste tijd niet had gehad. De radio had al een hele geschiedenis achter zich met etherpiraten en van een nationale zender naar lokale stations ging.  
Het medium [[televisie]] werd in de tijd van deze documentaire steeds populairder en men vroeg zich dan ook af of de radio zijn beste tijd niet had gehad. De radio had al een hele geschiedenis achter zich met etherpiraten en van een nationale zender naar lokale stations ging.  


Op 24 maart 1919 produceert de heer Idzerda samen met het bedrijf Philips de eerste nationale zender ......????? Er volgen aankondigingen in de krant over wanneer er wat te horen is op de radio. Iedereen in bezit van een apparaat kon meeluisteren met gevarieerde grammofoonmuziek. Maar al snel volgden er meerdere kleine, lokale, commerciële omroepen.
Nederland is echter verdeeld in zuilen en al snel wil iedere zuil een eigen radioprogramma. De omroepen krijgen dan ook een beperkt aantal uitzenduren en iedere zuil weet wanneer er naar zijn/haar zuil geluisterd kan worden. Bij iedere omroep hoorde nu dan ook een eigen leus of overtuiging die met veel enthousiasme werd overgedragen via de radio. Zolang radio nog educatief was, was het goed.
Het populairste waren echter de hoorspelen. Het bekendste voorbeeld hiervan is het hoorspel van Orson Wells 'War of the Worlds'. De geluiden waren zo echt dat de luisteraars in paniek raakten en dachten dat er een invasie plaatsvond. Dit voorbeeld maakt duidelijk dat de radio toen nog impact had op de mensen.
In 1940 werd Nederland echter bruut overvallen door de Duitsers. Zij maakten een eind aan het zuilensysteem op de radio en zorgden voor een staatsomroep. Deze omwerping maakte ook meteen de propagandistische waarde duidelijk van de radio. Vele Nederlanders gaven echter toch de voorkeur aan Radio Oranje. De oplossing van de Duitsers was hiervoor dat alle radiotoestellen ingeleverd moesten worden en dat er een volksontvanger kwam, waarop alleen maar Duitse zenders binnenkwamen.
Radio Oranje ging echter op de achtergrond nog door met uitzendingen met als leus ’Het is oranje, blijft oranje’.
Na de oorlog schoot de verkoop omhoog. Er was nog steeds veel muziek en er kwamen vele hoorspelen, om als het ware de tijd in te halen. Iedereen zat dan ook vaak bij de radio. Radiozenders kregen nu ook verslaggevers en mensen luisterden dan ook ademloos naar de radio. Aangezien zij via de radio konden waarnemen wat er op een andere plaats gebeurde.


Met de opkomst van televisie luisterden 2/3 niet meer naar de radio en de radio zag geen andere mogelijkheid dan het drastisch veranderen van het programma-aanbod.
Met de opkomst van televisie luisterden 2/3 niet meer naar de radio en de radio zag geen andere mogelijkheid dan het drastisch veranderen van het programma-aanbod.
Piraterij
Er werd een vrije radio omroep opgericht met als doel: radio op zee. In dit idee schuilde veel winst en in 1960 werd dan ook Radio Veronica opgericht. Dit was een radiozender zonder politiek en zonder religie voor op zee. De luisterdichtheid groeide ontzettend snel en doordat er vanaf zee werd geproduceerd omzeilde Radio Veronica de Nederlandse wetten.
In 1965 werd de radiozender Hilversum3 opgericht als antwoord op de piratenzenders. Elke dag was er een andere omroep te horen op Hilversum3.
Uitbreiding van de radio
Voortaan werd de tekst van de radio niet meer vooraf geschreven, maar ter plekke verzonnen. Hierdoor waren de teksten dus kort. Het ging dan ook niet meer alleen om muziek op de radio, maar de manier van aankondigen werd ook belangrijk. Radiozenders kregen speciale DJ's (disk-jockeys) en voortaan was er elke dag op dezelfde tijd hetzelfde programma te beluisteren, zoals de 'Top 40'. Kortom: er was een nieuwe radio geboren. Een horizontaal geprogrammeerde popzender.
Er kwamen ook steeds meer verschillende zeezenders, zoals Radio Noordzee, waarbij ze van een boot af nieuws gingen lezen. Maar nadat er een aanslag werd gedaan op het zendschip van Radio Noordzee, namelijk op de BEBO2, vond de regering het wel weer welletjes. De regering tekende dan ook het verdrag van Strassbourg in 1974. Dit verdrag betekende een verbod voor zeezenders buiten de territoriale wateren, ondanks de vele protesten van vele luisteraars en omroepeigenaren.
In 1980 gingen piraten bij de land-radio verder en zonden uit vanaf hun zelfgebouwde zenders, waar de politie tegen op probeerde te treden. Landpiraterij heeft verder ook nog aanzet gegeven tot lokale en regionale radiozenders.
Nieuwe radiozenders moesten luisteraars trekken en dit deden ze door middel van een doelgroepradio op te richten. Dit gaf luisteraars de mogelijkheid voor een soort muziek te kiezen. Zo konden ze, als het ware, hun eigen muziek luisteren en hoefden ze ook niet voortdurend aan de knop te draaien om de radio bij leuke liedjes af te stemmen.
Sky Radio kwam met het idee van een radiostation zonder gesproken woord. Alleen maar muziek en geen overbodig gepraat tussendoor.
Een vernieuwing was dat de muziek met behulp van computers geprogrammeerd werd en als hi-fi kon worden afgespeeld.
Een andere vernieuwing was het radio-datasysteem (als oplossing tegen satellietstations). Met behulp van dit systeem kon er informatie verstrekt worden via de radio in een auto bijvoorbeeld. Een programma of cassettebandje kon dan onderbroken worden voor verkeersinformatie of het nieuws. Zodra dit afgelopen was zou het bandje of programma weer hervat worden.
Ook deden uiteindelijk belprogramma's hun intreden, waardoor luisteraars als het ware deel konden worden van een radioprogramma.





Versie van 18 sep 2008 16:27

Periode1992
Beschikbaar in archiefBeeld en Geluid
GenreDocumentaire
Decennia1990-2000
Mediumtelevisie

Beschrijving

On the Air is een documentaire uit 1992 die gemaakt is in opdracht van de VPRO voor het programma Dokument van de NCRV. Onder deze laatste omroep is het programma ook uitgezonden.

On the Air is een documentaire over de ontwikkelingen in de radio en of het einde van dat medium in zich zou komen. In deze documentaire woorden medewerkers van alle tijden en alle smaken aan het woord gelaten. Zo worden er korte uitspraken gedaan over 'het einde' van de radio en wordt verteld dat de TROS zei dat ze door zouden gaan met met televisie. Deze korte uitspraken worden in het begin van de documentaire, geheel in het thema van de radio, gestuurd met het draaien aan een radioknop.

De geschiedenis van de radio wordt verteld vanaf het begin op 24 maart 1919 met de heer Idzerda in samenwerking met Philips tot het punt waarop mensen waren gaan denken dat radio aan het verdwijnen was in 1992. De radio werd in het begin gebruikt door zuilen die ieder een radioprogramma kregen voor een beperkt aantal uitzenduren. Bij iedere omroep hoorde ook een eigen leus of overtuiging die met veel enthousiasme werd overgedragen via de radio. Verder werd de radio gebruikt om muziek te spelen waar iedereen naar kon luisteren of hoorspelen.

Propagandistische doeleinden

In 1940 werd Nederland echter bruut overvallen door de Duitsers. Zij maakten een eind aan het zuilensysteem op de radio en zorgden voor een staatsomroep. Deze omgooi maakte ook meteen de propagandistische waarde duidelijk van de radio. Dat wil zeggen dat de Duitsers de radio gebruikten om reclame te maken voor de Duitse gedachtegang van de Nazi's. De radio werd ingezet om Nederlanders naar hun kant toe te trekken. Vele Nederlanders gaven echter toch de voorkeur aan Radio Oranje. De oplossing van de Duitsers was hiervoor dat alle radiotoestellen ingeleverd moesten worden en dat er een volksontvanger kwam, waarop alleen maar Duitse zenders binnenkwamen. Nederlanders bleven echter nog in het geheim luisteren naar de uitzendingen van Radio Oranje en ze verstopten hun radiotoestellen dan ook, zodat deze hen niet afgepakt kon worden.

Na de oorlog schoot de verkoop dan ook weer flink omhoog. Er was nog steeds veel muziek en er kwamen vele hoorspelen, om als het ware de tijd in te halen.

Verder wordt er veel aandacht besteed aan piraterij op de radio. Er zijn vele nieuwe zenders, zowel op land als op water, ontstaan door de piraterij en dit bracht ook veel onrust met zich mee voor de regering, die het telkens maar weer aan banden probeerde te leggen. De regering tekende dan ook het verdrag van Strassbourg in 1974. Dit verdrag betekende een verbod voor zeezenders buiten de territoriale wateren, ondanks de vele protesten van vele luisteraars en omroepeigenaren. Vervolgens ontstonden er weer piratenzenders op het land met zelfgebouwde zenders. Landpiraterij heeft de aanzet gegeven tot lokale en regionale zenders.

Horizontaal geprogrammeerde popzender

Voortaan werd de tekst voor de radio niet meer vooraf geschreven, maar ter plekke verzonnen. Hierdoor waren de teksten dus kort. Het ging dan ook niet meer alleen om muziek op de radio, maar de manier van aankondigen werd ook belangrijk. Radiozenders kregen speciale DJ's (disk-jockeys) en voortaan was er elke dag op dezelfde tijd hetzelfde programma te beluisteren, zoals de 'Top 40'. Kortom: er was een nieuwe radio geboren. Een horizontaal geprogrammeerde popzender.

Nieuwe radiozenders werden ook doelgroepgericht. Dit gaf luisteraars de mogelijkheid voor een soort muziek te kiezen. Zo konden ze, als het ware, hun eigen muziek luisteren en hoefden ze ook niet voortdurend aan de knop te draaien om de radio bij leuke liedjes af te stemmen.

Een andere vernieuwing was het radio-datasysteem (als oplossing tegen satellietstations). Met behulp van dit systeem kon er informatie verstrekt worden via de radio in een auto bijvoorbeeld. Een programma of cassettebandje kon dan onderbroken worden voor verkeersinformatie of het nieuws. Zodra dit afgelopen was zou het bandje of programma weer hervat worden.


In deze documentaire wordt verder veel gebruik gemaakt van beeldmateriaal van vroeger. Je ziet beelden van 'achter de schermen', zoals een hoorspel dat gedaan wordt, of de aankondiging van een bepaalde zender, onder begeleiding van een orkest. Ook zie je beelden van zangers en sprekers, zoals nieuwslezers.


Makers

Camera: Fritz de With

Geluid: John Nieuwland

Licht: Flip Weis

Grafische Vormgeving: Frederik le Blanc

Redactie: Netty de With

Montage: Video-Centrum-Nederland

Interviews: Rob Smulders

Regie: Fritz de With

Productie: STS video

Presentatie: Ati Dijckmeester

Vormgever: Bob Aardewerk

Redactie-assistentie: Petra de Niet, Els van Weerd

Eindredactie: Ger van Dongen



Met dank aan:

Nederlands Omroep Museum

Philipsmuseum

Lapré Dance Company

Cabaret De Nieuwe Starters


Achtergrondinformatie

Het medium televisie werd in de tijd van deze documentaire steeds populairder en men vroeg zich dan ook af of de radio zijn beste tijd niet had gehad. De radio had al een hele geschiedenis achter zich met etherpiraten en van een nationale zender naar lokale stations ging.


Met de opkomst van televisie luisterden 2/3 niet meer naar de radio en de radio zag geen andere mogelijkheid dan het drastisch veranderen van het programma-aanbod.