Televisie in opmars
De televisie in opmars Na de oorlog begint de ontwikkeling van televisie in ons land op gang te komen. Steeds meer mensen gaan over tot aankoop van een televisietoestel. Het zijn zware apparaten, wat vooral komt door het grote gewicht van de glazen beeldbuis. Deze is dikwandig om weerstand te bieden aan de luchtdruk. In de buis heerst een groot vacuüm. Voor de beeldbuis is een glasplaat gemonteerd zodat de beeldbuis niet kan worden aangeraakt. Er staat een hoge elektrische spanning op die zware schokken geeft bij aanraking. Omdat in het interieur van de televisie hoge statische spanningen heersen worden de onderdelen al snel bedekt met aangetrokken stofdeeltjes. Allerlei minuscule zwevende deeltjes in de lucht worden aangetrokken en vormen een kleverig goedje dat ongewenst is. Wanneer zich veel van dat vuil heeft opgehoopt kan dat aanleiding zijn voor storingen. Het kan gebeuren dat de hoge spanning zich via die aangetrokken vettige stofdeeltjes een weg baant naar andere delen. Met een kwastje en de stofzuiger kan een regelmatige schoonmaakbeurt deze ellende helpen voorkomen. De televisie is meestal een vrij volumineus meubelstuk dat in de kamer een prominente plaats inneemt, net als de eerste radiotoestellen aan het begin van de twintigste eeuw. Miniaturisering is nog niet aan de orde. Voor een goede ontvangst komt op het dak van het huis een antenne aan de schoorsteen. Het is meestal een dipoolantenne met een reflector. Via een lintlijn, een platte tweeaderige lintkabel wordt het antennesignaal naar binnen gebracht en aan de antenne-ingang van het toestel verbonden. Wanneer het toestel wordt ingeschakeld duurt het even voor er beeld komt omdat de lampen en de beeldbuis eerst op temperatuur moeten komen. Met een draaiknop, meestal aan de zijkant geplaatst, wordt het juiste kanaal gekozen. Zo heeft de zender in Lopik kanaal 4. En daarmee staat het toestel permanent juist afgesteld omdat er voorlopig alleen de zender Nederland 1 beschikbaar is, en alleen in zwart-wit.
De eerste jaren wordt per week ongeveer 15 uren televisie uitgezonden. De uitzending begint aan het begin van de avond en duurt ongeveer twee uren. Op woensdag en zaterdag worden kinderprogramma’s uitgezonden die om vijf uur beginnen. Wie kent niet Pipo de clown, Zwiebertje en Dappere Dodo? In de jaren ’60 komt het tweede net, Nederland2. De ontvangst is door de bestaande televisies alleen mogelijk door het plaatsen van een klein kastje tussen de antennedraad en de televisie. Deze zogenaamde ‘Tweede Net Converter’ transformeert de hogere frequentie die de televisie niet kan ontvangen omlaag. Op het dak verandert ook het één en ander. De eenvoudige dipool wordt vervangen door een dubbele antenne. Boven de Nederland 1- antenne komt een speciale ‘tweede net antenne’. Het is een staaf met daaraan diverse dwarspootjes, de directoren. Deze antenne wordt op de zender gericht. Soms zijn de antennes voor Ned. 1 en Ned. 2 samengebouwd in één combi-antenne. De gebruikte lintkabel, die niet te dicht bij metalen delen moest worden geleid maakt plaats voor de coaxiale kabel, kortweg ‘coax’ genoemd. Deze is tegen stoorinvloeden beschermd en kan overal gebruikt worden. Inmiddels is het programma-aanbod fors uitgebreid. Ook doet kleurentelevisie haar intrede. De tijd die men voor de buis doorbrengt neemt toe. De televisie krijgt een steeds grotere plek in ons leven. Uitzendingen overdag zijn nog zeer schaars, anders dan in de Verenigde Staten waar de gehele dag gekeken kan worden naar een enorme hoeveelheid programma’s. Wanneer dan ook nog uitzendingen komen vanaf het REM-eiland, TV Noordzee met, wie kent niet het sprekende paard Mr.Ed, voor de kust van Noord Holland komen de lange antennes. Hoog boven het dak torenen de masten waarop de zogenaamde REM- of Langenbergantennes staan. Het hek is van de dam als men ook overgaat tot het kijken naar Duitse zenders die met behulp van de hooggeplaatste antennes te ontvangen zijn. Omdat het signaal zwak is wordt in de mast een klein kastje geplaatst met een antenneversterker. Het is misschien geen mooi gezicht, al die antennes op de huizen, echte mastbossen, maar de vogels hebben mooie uitkijkplekken.
De uitzendingen vanaf het REM eiland zijn een doorn in het oog van de regering en er komt een wet die het verbiedt uitzendingen te doen vanaf het Nederlandse deel van het continentaal plat. Wanneer door politie en leger een eind wordt gemaakt aan de uitzendingen van TV Noordzee duurt het niet lang voor de TROS Televisie Radio Omroep Stichting, het licht ziet. In de jaren ’70 nadert het einde van al die masten op daken door de komst van de kabel. Daarmee wordt de ontvangst van veel meer zenders mogelijk en het gevaar van schade aan de antenne of huizen bij zware windstoten is geweken. Wanneer de digitalisering ( glasvezel en het internet) wordt geïntroduceerd is het duidelijk dat in de zestig jaren na de introductie van de landelijke televisie heel wat veranderd is.