Alexanderson generator: verschil tussen versies
(Nieuwe pagina aangemaakt met 'De Alexanderson wisselstroomgenerator is in 1904 door Ernst Alexanderson uitgevonden om een hoogfrequent signaal op te wekken dat als draaggolf kan dienen in een ra...') |
Geen bewerkingssamenvatting |
||
Regel 1: | Regel 1: | ||
De Alexanderson wisselstroomgenerator is in 1904 door Ernst Alexanderson uitgevonden om een hoogfrequent signaal op te wekken dat als draaggolf kan dienen in een radiozender. Een andere Amerikaan die een dergelijke machine bedenkt is Fessenden. (Zie [[eerste zenders]]).De generator van Alexanderson wordt gebruikt voor de eerste uitzendingen van geluid door middel van [[ | De Alexanderson wisselstroomgenerator is in 1904 door Ernst Alexanderson uitgevonden om een hoogfrequent signaal op te wekken dat als draaggolf kan dienen in een radiozender. Een andere Amerikaan die een dergelijke machine bedenkt is Fessenden. (Zie [[eerste zenders]]).De generator van Alexanderson wordt gebruikt voor de eerste uitzendingen van geluid door middel van amplitude modulatie, [[AM]]. Vanaf 1910 wordt hij gebruikt in een zeer krachtige radiotelegrafiezender op de [[lange golf]]. Voor gebruik op hogere frequenties zoals die in de [[korte golf]] zou de draaisnelheid tot gevaarlijke hoogten moeten worden opgevoerd. Daar wordt om praktische redenen van afgezien. | ||
Het station wordt gebruikt om verbinding te maken met stations over de gehele wereld. De generator is een zware machine en wordt alleen gebruikt voor stations op het land omdat hij te groot en te zwaar is om op schepen te worden geïnstalleerd. In 1920 wordt de generator vervangen door zenders die zijn uitgevoerd met vacuüm radiobuizen. | Het station wordt gebruikt om verbinding te maken met stations over de gehele wereld. De generator is een zware machine en wordt alleen gebruikt voor stations op het land omdat hij te groot en te zwaar is om op schepen te worden geïnstalleerd. In 1920 wordt de generator vervangen door zenders die zijn uitgevoerd met vacuüm radiobuizen. | ||
In de generator wordt een wiel, de rotor, met zeer hoge snelheid rondgedraaid door een elektromotor. In de rand van dit wiel bevinden zich driehonderd inkepingen, een soort ruimte tussen de overblijvende “tanden”. Het wiel draait in een magnetisch veld dat door een spoel die onder gelijkspanning staat wordt opgewekt en hierdoor worden in hoog tempo magnetische stromen in de rotor opgewekt. Deze induceren in een andere spoel elektrische stromen die de basis vormen voor de draaggolf van de zender. De frequentie van het uitgezonden signaal is 100 kHz. De draaisnelheid van de rotor is bepalend voor de frequentie van het opgewekte signaal. Deze draaisnelheid kan voor de hogere frequenties oplopen tot 20.000 toeren per minuut. | In de generator wordt een wiel, de rotor, met zeer hoge snelheid rondgedraaid door een elektromotor. In de rand van dit wiel bevinden zich driehonderd inkepingen, een soort ruimte tussen de overblijvende “tanden”. Het wiel draait in een magnetisch veld dat door een spoel die onder gelijkspanning staat wordt opgewekt en hierdoor worden in hoog tempo magnetische stromen in de rotor opgewekt. Deze induceren in een andere spoel elektrische stromen die de basis vormen voor de draaggolf van de zender. De frequentie van het uitgezonden signaal is 100 kHz. De draaisnelheid van de rotor is bepalend voor de frequentie van het opgewekte signaal. Deze draaisnelheid kan voor de hogere frequenties oplopen tot 20.000 toeren per minuut. |
Versie van 9 mrt 2015 13:53
De Alexanderson wisselstroomgenerator is in 1904 door Ernst Alexanderson uitgevonden om een hoogfrequent signaal op te wekken dat als draaggolf kan dienen in een radiozender. Een andere Amerikaan die een dergelijke machine bedenkt is Fessenden. (Zie eerste zenders).De generator van Alexanderson wordt gebruikt voor de eerste uitzendingen van geluid door middel van amplitude modulatie, AM. Vanaf 1910 wordt hij gebruikt in een zeer krachtige radiotelegrafiezender op de lange golf. Voor gebruik op hogere frequenties zoals die in de korte golf zou de draaisnelheid tot gevaarlijke hoogten moeten worden opgevoerd. Daar wordt om praktische redenen van afgezien. Het station wordt gebruikt om verbinding te maken met stations over de gehele wereld. De generator is een zware machine en wordt alleen gebruikt voor stations op het land omdat hij te groot en te zwaar is om op schepen te worden geïnstalleerd. In 1920 wordt de generator vervangen door zenders die zijn uitgevoerd met vacuüm radiobuizen. In de generator wordt een wiel, de rotor, met zeer hoge snelheid rondgedraaid door een elektromotor. In de rand van dit wiel bevinden zich driehonderd inkepingen, een soort ruimte tussen de overblijvende “tanden”. Het wiel draait in een magnetisch veld dat door een spoel die onder gelijkspanning staat wordt opgewekt en hierdoor worden in hoog tempo magnetische stromen in de rotor opgewekt. Deze induceren in een andere spoel elektrische stromen die de basis vormen voor de draaggolf van de zender. De frequentie van het uitgezonden signaal is 100 kHz. De draaisnelheid van de rotor is bepalend voor de frequentie van het opgewekte signaal. Deze draaisnelheid kan voor de hogere frequenties oplopen tot 20.000 toeren per minuut. In 1942 neemt de Amerikaanse marine vier radiostations in gebruik die met deze generator zijn uitgerust. Een nadeel van deze techniek is dat het niet mogelijk is de generator af en toe stil te zetten om naar een eventueel antwoord te kunnen luisteren. Een andere zaak is het onderhoud. Door de hoge draaisnelheid is deskundig onderhoud erg arbeidsintensief. Smering en koeling vereisen veel aandacht. De Britse marine gebruikte deze techniek daarom niet, de Amerikaanse wel. De laatste die dit type zender in gebruik heeft is de Amerikaanse luchtmacht, die er tot 1957 weersvooruitzichten voor het noordelijk deel van het Amerikaanse continent mee uitzendt.