Voeding

Alles en iedereen heeft voeding nodig. Wij maken ons eten klaar in de keuken, de technicus bouwt hem op de werktafel. Alle elektronische apparatuur moet worden voorzien van elektrische energie, en wel in de juiste dosering. Een zaklantaarn heeft minder energie nodig dan een televisietoestel. Een mobiele telefoon weer een andere dosis dan de versterkers van een muziekband die een concert geeft. Om de juiste voeding te maken wordt als eerste onderdeel een transformator gebruikt. Die zet de 230 volt uit het stopcontact om naar een gewenste spanning van 4, 6, 12 Volt of een andere spanning. Dan wordt de spanning met een gelijkrichter in gelijkspanning omgezet. In principe is de voeding dan klaar, zij het dat hij het liefst een mooie vlakke gelijkspanning geeft zodat er geen bromgeluid uit de luidspreker komt. Met een elektronische schakeling kan de voeding ook nog beschermd worden tegen schade bij eventuele kortsluiting.

In de Corvercollectie van Beeld & Geluid bevindt zich een Laboratorium-voedingsapparaat. Het is gebouwd ten behoeve van experimenten met radio-lampschakelingen. Het apparaat levert diverse soorten spanning die instelbaar zijn zodat deze voeding ruim toepasbaar is. De maximale spanning en stroom die deze voeding kan leveren bedragen respectievelijk 700 Volt en 200 milliampère. De opbouw is typerend voor de amateur van de jaren twintig en dertig van de twintigste eeuw. Alle onderdelen zijn geplaatst op een houten plank (breadboarding) en voorzien van twee klampen en een frontpaneel met aansluitbussen en bedieningsorganen. Door deze bouwwijze is het vervangen van onderdelen en wijzigen van bedrading een eenvoudige zaak. Zeker in de tijd van experimenteren en ontdekkingen uitermate handig.