Categorie:Televisievormgeving

Uit B&G Wiki

Wat is televisievormgeving?

Eigenlijk zou je kunnen stellen dat alles op televisie vormgegeven is, maar als er gesproken wordt over televisievormgeving of audiovisuele vormgeving, dan gaat het vaak om een variant van grafische vormgeving die op televisie te zien is. Waarin televisievormgeving zich met name onderscheidt van grafische vormgeving is de dimensie tijd; televisievormgeving kan bewegen en kan vergezeld zijn van audio.

Op televisie zijn er, net als bij grafische vormgeving, verschillende soorten vormgeving.
1. Vormgeving op televisie die in dienst staat van de huisstijl van een zender, net of omroepvereniging. Dit zijn bijvoorbeeld stationcalls, idents, programma-introducties, programma-promo's, overzichten, storingsbeeld. In deze uitingen speelt meestal het logo van de zender een belangrijke rol en/of wordt de identiteit van de zender gevisualiseerd.
2. Vormgeving die in dienst staat van een programma, bijvoorbeeld een programmaleader of aftiteling, de titelbalken of infographics in een programma, maar ook een programma in het geheel kan gezien worden als voorbeeld van televisievormgeving.
3. Vormgeving op televisie die in dienst staat van het overbrengen van informatie, zogenaamde infographics. Deze vallen meestal ook onder huisstijl uitingen of onder programmavormgeving.

Geschiedenis van televisievormgeving

De eerste die zich bij de televisie bezig houdt met ontwerpen is Peter Zwart. Hij is vanaf het begin van televisie verantwoordelijk voor decor ontwerp en grafisch ontwerp. Pas in 1958 komt er een splitsing in deze twee werkzaamheden wanneer Hans Moolenaar als grafisch ontwerper in dienst treedt. Niet lang daarna komen eerst Ton Holst en dan Marcel van Woerkom erbij. De grafische afdeling houdt zich -zoals de naam al impliceert- in de eerste jaren nauwelijks bezig met bewegende grafiek maar maakt vooral titelkaarten met daarop de titels van programma's of van onderdelen in programma's. Omdat er in die jaren nogal eens wat fout ging met de techniek van het televisiemaken, werden er ook veel kaarten gemaakt met de tekst 'storing' erop. Voor actualiteiten programma's en het NTS Journaal maakte de afdeling onder andere landkaarten en andere infographics.

Vanaf begin jaren zestig begint het aantal televisiebezitters en het aantal uitzenduren in rap tempo toe te nemen. De grafische afdeling groeit mee. In deze periode komen onder andere deze ontwerpers in dienst: Hans de Cocq, Johan Volkerijk, Jaap Drupsteen, Rob van den Berg, Frans Schupp, Will Bakker, Reine Nieland en Henk Vermolen. Er ontstaat bij programma makers en bij de NTS grafisch ontwerpers sterk de behoefte om hun ontwerpen te laten bewegen. Dat gebeurt bijvoorbeeld door het gebruik van rijkelijk geillustreerde en/of bedrukte titelrollen die voor de camera af gerold werden, door landkaarten met bewegende delen te introduceren voor actualeiten programma's en -heel voorzichtig- met het maken van animaties en andere trucages.

Belangrijke voorlopers eind jaren zestig zijn regisseurs Bob Rooyens en Rob Touber. Deze regisseur experimenteren met de techniek die voor handen is en combineren in hun shows het werk van grafici met speciale effecten. Jaap Drupsteen is een van de ontwerpers die de mogelijkheden ziet en er iets mee wil gaan doen. Bij de VPRO krijgt hij in 1971 de kans om zijn ideeën ten uitvoer te brengen. De VPRO-televisievormgeving heeft daarmee een bijzondere plaats in de geschiedenis van televisievormgeving want vanaf dat moment zijn zij de enige omroep met een eigen vormgever in dienst die zich bezig houdt met het uitdragen van de huisstijl op televisie. Alle andere omroepen zijn verplicht om van de diensten van de NTS (vanaf 1969 NOS) grafische afdeling gebruik te maken.

Bij de afdeling zit men zeker niet stil, de introductie van kleurentelevisie, video en chroma-keyen verruimen de mogelijkheden van de ontwerpers enorm. Een grote verbetering is het opzetten van een eigen Electronische Trucage Studio begin jaren zeventig. Dat betekent dat men voor het maken van animaties en het gebruik van andere trucages niet meer afhankelijk is van de beschikbare tijd en ruimte in het Cinecenter of studioruimtes. In de jaren zeventig groeit de afdeling nog steeds, Frans Lasès is een van de ontwerpers die in de jaren zeventig in dienst treedt.

De periode vanaf eind jaren zestig tot begin jaren tachtig wordt door veel televisieontwerpers gezien als een tijd van gouden bergen. Vanwege de bestedingsveplichting van de omroepverenigingen bij de NOS werd er niet met geld gewerkt. De ontwerpers hoefde hun uren en materialen niet te registreren, er was werkt genoeg en iedereen had zou zijn eigen specialiteit en 'klanten'kring. Dat alles veranderde eind jaren tachtig in aanloop op de privatisering van de fascilitaire tak van de NOS. De monopoliepositie van NOS Grafisch Ontwerp op het gebied van televisievormgeving kwam ten einde en het bedrijf moest gaan concurreren met commerciele afdelingen, zoals die van Valkieser en met de vele ontwerpbureaus van oud-NOS ontwerpers (zoals Beeldwerk) en met de eerste lichting ontwerpers speciaal opgeleid in audiovisueel ontwerpen.

Congressen en symposia

International TV Design Colloquium '76 (3-6 mei 1976)
TV Graphics '81 (16-20 februari 1981)
TV-versierders bij Beeld en Geluid (31 oktober 2008)